- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 1
- Artikel
- Administratief recht - Vergunningen - Jurisdictionele beroepsprocedure - Schorsing - Ontvankelijkheid - Belanghebbende - Gegrondheid - Hoogdringendheid - Ernstig middel.
Volume 2019 : 1
Ten geleide.
Fiscaal recht - Gemeentebelasting van 6 februari 2012 op de onderbenutte bedrijfskavels van de stad Beringen (aanslagjaar 2012 en 2013) - Fiscale autonomie van gemeenten (art. 41, 162 en 170 Grondwet) - Hoofddoel en nevendoel van een gemeentelijke belasting - Grondwettelijk gelijkheidsbeginsel - Vrijstelling van belasting voor bepaalde rechtspersonen - Rechtvaardiging van in reglement gemaakt onderscheid - Vaststelling en bewijs van belastbaar feit - Verdeling bewijslast - Begrip overmacht.
Bemiddeling - Onderhoudsgeld - Vrijwillige betalingen tijdens bemiddeling - Betalingsbewijzen - Niet-vertrouwelijk - Bewijs van uitvoering - Geen schending van artikel 1728, § 1 Ger.W.
Burgerlijke rechtspleging - Artikel 744 Ger.W. - Conclusie - Inhoud - Verplichte structuur - Artikel 780, 3° Ger.W. - Geen verplichting om te beantwoorden.
Marktpraktijken - (Geen) hoedanigheid - (Geen) beroep op art. VI.104. WER 21.
Gerechtelijk privaatrecht - Vergoeding van advocaten - Juridische tweedelijnsbijstand - Ereloonovereenkomst - Mogelijkheid om zich op de ereloonovereenkomst te beroepen voor prestaties verricht vóór de inwilliging van een verzoek om tweedelijnsbijstand.
Vennootschap - Niet- neerleggen balans - Ontbinding na verzending door de kamer voor ondernemingen in moeilijkheden - Onmiddellijke sluiting van de vereffening - Beroep - Eenzijdig verzoekschrift.
Strafprocesrecht - Procedure regeling rechtspleging voor eventuele verwijzing naar hof van assisen - Beschikking tot gevangenneming - Geen onmiddellijke tenuitvoerlegging - Onmiddellijk betekend.
Strafrecht - Valsheid in geschrifte - Vals stuk - Bij vergissing foutief opgesteld stuk - Bijzonder opzet - Gebruik van valse stukken.
Arbeidsrecht - Ontslag om dringende reden - Tijdigheid en nauwkeurigheid van de kennisgeving - Beoordeling zwaarwichtigheid van de feiten.
Onderaannemingsovereenkomst - Rechtstreekse vordering - Dwingend recht - Afstand van recht - Relatieve nietigheid - Toepassingsvoorwaardenschuldvordering onderaannemer: zeker en opeisbaar op het ogenblik van het instellen ervan - Handhaving van de rechtstreekse vordering voor later uitgegeven facturen - Nieuw artikel 1798, derde lid BW: mogelijkheid tot consignatie door de bouwheer van de betwiste schuldvordering van de onderaannemer op de hoofdaannemer.
- Motorrijtuigenverzekering - Mededelingsplicht - Afwezigheid voorafgaande vragenlijst - Opgelopen rijverbod van 15 dagen - Niet-verwijtbare niet-mededeling van gegevens - Geen toepassing evenredigheidsregel artikel 60, § 3 Wet betreffende de verzekeringen.
Kort geding - Kredietadvies - Gedrag van een normaal zorgvuldig professioneel financieel informatieverstrekker - Opleggen van een minder verregaande maatregel.
Administratief recht - Vergunningen - Jurisdictionele beroepsprocedure - Schorsing - Ontvankelijkheid - Belanghebbende - Gegrondheid - Hoogdringendheid - Ernstig middel.
Administratief recht - Tijdelijke inrichting voor slachten - Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) - Bescherming van dieren.
Ten geleide.
Fiscaal recht - Gemeentebelasting van 6 februari 2012 op de onderbenutte bedrijfskavels van de stad Beringen (aanslagjaar 2012 en 2013) - Fiscale autonomie van gemeenten (art. 41, 162 en 170 Grondwet) - Hoofddoel en nevendoel van een gemeentelijke belasting - Grondwettelijk gelijkheidsbeginsel - Vrijstelling van belasting voor bepaalde rechtspersonen - Rechtvaardiging van in reglement gemaakt onderscheid - Vaststelling en bewijs van belastbaar feit - Verdeling bewijslast - Begrip overmacht.
Bemiddeling - Onderhoudsgeld - Vrijwillige betalingen tijdens bemiddeling - Betalingsbewijzen - Niet-vertrouwelijk - Bewijs van uitvoering - Geen schending van artikel 1728, § 1 Ger.W.
Burgerlijke rechtspleging - Artikel 744 Ger.W. - Conclusie - Inhoud - Verplichte structuur - Artikel 780, 3° Ger.W. - Geen verplichting om te beantwoorden.
Marktpraktijken - (Geen) hoedanigheid - (Geen) beroep op art. VI.104. WER 21.
Gerechtelijk privaatrecht - Vergoeding van advocaten - Juridische tweedelijnsbijstand - Ereloonovereenkomst - Mogelijkheid om zich op de ereloonovereenkomst te beroepen voor prestaties verricht vóór de inwilliging van een verzoek om tweedelijnsbijstand.
Vennootschap - Niet- neerleggen balans - Ontbinding na verzending door de kamer voor ondernemingen in moeilijkheden - Onmiddellijke sluiting van de vereffening - Beroep - Eenzijdig verzoekschrift.
Strafprocesrecht - Procedure regeling rechtspleging voor eventuele verwijzing naar hof van assisen - Beschikking tot gevangenneming - Geen onmiddellijke tenuitvoerlegging - Onmiddellijk betekend.
Strafrecht - Valsheid in geschrifte - Vals stuk - Bij vergissing foutief opgesteld stuk - Bijzonder opzet - Gebruik van valse stukken.
Arbeidsrecht - Ontslag om dringende reden - Tijdigheid en nauwkeurigheid van de kennisgeving - Beoordeling zwaarwichtigheid van de feiten.
Onderaannemingsovereenkomst - Rechtstreekse vordering - Dwingend recht - Afstand van recht - Relatieve nietigheid - Toepassingsvoorwaardenschuldvordering onderaannemer: zeker en opeisbaar op het ogenblik van het instellen ervan - Handhaving van de rechtstreekse vordering voor later uitgegeven facturen - Nieuw artikel 1798, derde lid BW: mogelijkheid tot consignatie door de bouwheer van de betwiste schuldvordering van de onderaannemer op de hoofdaannemer.
- Motorrijtuigenverzekering - Mededelingsplicht - Afwezigheid voorafgaande vragenlijst - Opgelopen rijverbod van 15 dagen - Niet-verwijtbare niet-mededeling van gegevens - Geen toepassing evenredigheidsregel artikel 60, § 3 Wet betreffende de verzekeringen.
Kort geding - Kredietadvies - Gedrag van een normaal zorgvuldig professioneel financieel informatieverstrekker - Opleggen van een minder verregaande maatregel.
Administratief recht - Vergunningen - Jurisdictionele beroepsprocedure - Schorsing - Ontvankelijkheid - Belanghebbende - Gegrondheid - Hoogdringendheid - Ernstig middel.
Administratief recht - Tijdelijke inrichting voor slachten - Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV) - Bescherming van dieren.
Jaar
2019
Volume
2019
Nummer
1
Pagina
68
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Raad voor Vergunningsbetwistingen, 16/10/2018
Referentie
“Administratief recht - Vergunningen - Jurisdictionele beroepsprocedure - Schorsing - Ontvankelijkheid - Belanghebbende - Gegrondheid - Hoogdringendheid - Ernstig middel.”, LiRe 2019, nr. 1, 68-69
Samenvatting
- RvVb/S/1819/0183 -
Uit artikel 4.8.11, § 1, eerste lid, 4° VCRO volgt dat een procesbekwame vereniging bij de Raad op ontvankelijke wijze een beroep kan instellen indien zij optreedt namens een groep wiens collectief belang door de bestreden beslissing is bedreigd of geschaad en voor zover zij beschikt over een duurzame en effectieve werking overeenkomstig de statuten. Uit de uiteenzetting in het verzoekschrift blijkt dat de verzoekende partijen met de voorliggende vordering willen verhinderen dat een deel van het industrieel-archeologisch erfgoed van het beschermd kolenwasserijcomplex, dat behoort tot de grootste industrieel-archeologische erfgoedsites van Vlaanderen, verloren gaat. Zij maken hierbij voldoende duidelijk dat de met de voorliggende vergunning verleende handelingen betrekking hebben op hun statutair doel en hun werkingsgebied, met name het behoud en het bewaren van het industrieel-archeologisch erfgoed in Vlaanderen, respectievelijk Limburg. Aangezien de vergunde sloopwerken op zich vrij snel kunnen worden uitgevoerd, uit hun aard onomkeerbaar zijn en de te slopen constructie een aanmerkelijk onderdeel vormt van het beschermd geheel, kan van de verzoekende partijen niet worden verwacht dat zij, mede gelet op de door de aanvrager gehuldigde vaagheid met betrekking tot haar intenties (niet tot de sloop overgaan voor einde 2018), de aanvang van de werken op het terrein afwachten of het ogenblik afwachten waarop uitvoering wordt verleend aan de bestreden beslissing. De zaak is derhalve hoogdringend. De uitkomst van de vernietigingsprocedure kan niet worden afgewacht. De bestreden vergunningsbeslissing dient in afwachting van de uitspraak over de vordering tot vernietiging te worden geschorst. De overheid motiveert niet waarom zij de sloop verenigbaar acht met het bijzonder plan van aanleg (BPA), dan wel waarom zij meent dat een afwijking van het BPA wenselijk en mogelijk is. In deze omstandigheden kon niet worden geoordeeld dat de aanvraag voldoet aan het BPA. Het middel is in de aangegeven mate ernstig. De voorwaarde dat de "nieuw gecreëerde gevels dienen te worden afgewerkt" is onvoldoende precies en laat aan de aanvrager een niet toegestane appreciatiemarge omtrent de wijze van gevelafwerking. Immers kan niet worden afgeleid hoe de gevelafwerking er dan wel dient uit te zien. Bovendien legt de voorwaarde op dat het akkoord moet worden bekomen van het Agentschap Onroerend Erfgoed, minstens de gevelafwerking "in overleg" gebeurt, hetgeen impliceert dat de uitvoering van de vergunde handeling afhankelijk gemaakt wordt van een bijkomende beoordeling door de overheid, wat evenmin is toegestaan. Het middel is voldoende ernstig om de schorsing van de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing te verantwoorden.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!