- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 2
- Artikel
- Exceptio obscuri libelli - Recht van verdediging - Bendevorming - Art. 322 Sw. - Geen noodtoestand bij voorafgaande fout dader - Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Geen verplichting tot tegenspraak bij afwijking
Volume 9 : 2
Tegenspraak in de bestraffing
Art. 63, § 3 Wegverkeerswet - Bloedproef als tegenexpertise - Alcoholconcentratie van minstens 0,22 maar minder dan 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht
Rechtsplegingsvergoeding - Laattijdige neerlegging - Rechtstreekse dagvaarding voor de strafrechter door een burgerlijke partij - Andere burgerlijke partijen die zich bij die vordering hebben gevoegd - Verschuldigdheid van de rechtsplegingsvergoeding
Regeling van de rechtspleging - Cassatieberoep - Art. 416 Sv. - Heropening van de debatten - Geen eindbeslissing
Derdenverzet - Cassatieberoep - Betekening
Burgerlijkepartijstelling - Curator - Schade
Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Tegenspraak bij afwijking
Art. 62 Wegverkeerswet - Bijzondere bewijswaarde - Vaststelling van de goedkeuring van een toestel voor het meten van snelheid
Douane en accijnzen - Niet-ontvankelijke strafvordering wegens miskenning specialiteitsbeginsel - Burgerlijke rechtsvordering tot betaling van ontdoken rechten - Bevoegdheid strafrechter
Verwijzingsbeschikking - Verzuim van redengeving betreffende het bestaan van voldoende bezwaren - Ontvankelijkheid van hoger beroep en cassatieberoep - Inhoud van de motiveringsverplichting ervan - Niet-toepasselijkheid van art. 6.1 EVRM
Beslissing over schuld en onschuld - Motiveringsverplichting ex art. 6.1 EVRM - Ambtshalve cassatiemiddel
Arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling dat beschikking tot buitenvervolgingstelling bevestigt - Motiveringsverplichting ex art. 6.1 EVRM
Voorlopige hechtenis - Voorlopige invrijheidstelling - Verzoekschrift - Neerlegging ter griffie - Draagwijdte
Exceptio obscuri libelli - Recht van verdediging - Bendevorming - Art. 322 Sw. - Geen noodtoestand bij voorafgaande fout dader - Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Geen verplichting tot tegenspraak bij afwijking
Tegenspraak in de bestraffing
Art. 63, § 3 Wegverkeerswet - Bloedproef als tegenexpertise - Alcoholconcentratie van minstens 0,22 maar minder dan 0,35 milligram per liter uitgeademde alveolaire lucht
Rechtsplegingsvergoeding - Laattijdige neerlegging - Rechtstreekse dagvaarding voor de strafrechter door een burgerlijke partij - Andere burgerlijke partijen die zich bij die vordering hebben gevoegd - Verschuldigdheid van de rechtsplegingsvergoeding
Regeling van de rechtspleging - Cassatieberoep - Art. 416 Sv. - Heropening van de debatten - Geen eindbeslissing
Derdenverzet - Cassatieberoep - Betekening
Burgerlijkepartijstelling - Curator - Schade
Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Tegenspraak bij afwijking
Art. 62 Wegverkeerswet - Bijzondere bewijswaarde - Vaststelling van de goedkeuring van een toestel voor het meten van snelheid
Douane en accijnzen - Niet-ontvankelijke strafvordering wegens miskenning specialiteitsbeginsel - Burgerlijke rechtsvordering tot betaling van ontdoken rechten - Bevoegdheid strafrechter
Verwijzingsbeschikking - Verzuim van redengeving betreffende het bestaan van voldoende bezwaren - Ontvankelijkheid van hoger beroep en cassatieberoep - Inhoud van de motiveringsverplichting ervan - Niet-toepasselijkheid van art. 6.1 EVRM
Beslissing over schuld en onschuld - Motiveringsverplichting ex art. 6.1 EVRM - Ambtshalve cassatiemiddel
Arrest van de kamer van inbeschuldigingstelling dat beschikking tot buitenvervolgingstelling bevestigt - Motiveringsverplichting ex art. 6.1 EVRM
Voorlopige hechtenis - Voorlopige invrijheidstelling - Verzoekschrift - Neerlegging ter griffie - Draagwijdte
Exceptio obscuri libelli - Recht van verdediging - Bendevorming - Art. 322 Sw. - Geen noodtoestand bij voorafgaande fout dader - Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Geen verplichting tot tegenspraak bij afwijking
Jaar
2014
Volume
9
Nummer
2
Pagina
148
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 04/03/2014
Referentie
“Exceptio obscuri libelli - Recht van verdediging - Bendevorming - Art. 322 Sw. - Geen noodtoestand bij voorafgaande fout dader - Bijzondere verbeurdverklaring illegale vermogensvoordelen - Art. 43bis Sw. - Schriftelijke vordering Openbaar Ministerie - Strafrechter niet gebonden door vordering - Geen verplichting tot tegenspraak bij afwijking”, NC 2014, nr. 2, 148-152
Samenvatting
Door te oordelen dat een bepaalde omschrijving van feiten vervat is in een andere omschrijving van dezelfde feiten in de verwijzingsbeslissing of de dagvaarding spreekt de rechter zich niet uit over andere of anders omschreven feiten. Het recht van verdediging vereist niet dat de rechter die aldus oordeelt, de partijen daarvan voorafgaandelijk in kennis moet stellen. De partijen kunnen zich immers ten volle verdedigen over het voorwerp van de vervolging, dat ongewijzigd blijft. Bendevorming in de zin van artikel 322 Sw. vereist een vereniging van fysieke personen, georganiseerd met het oog op de uitvoering van het oogmerk van die vereniging, dat bestaat in het plegen van aanslagen op personen of op eigendommen. De organisatie moet een opzettelijk karakter hebben, wat elke toevallige of onvoorziene bijeenkomst uitsluit en zij moet de leden op ondubbelzinnige wijze aan elkaar binden tot een groep die op het geschikte ogenblik kan optreden. Er kan van noodtoestand geen sprake zijn indien de dader, zonder daartoe gedwongen te zijn, zich bewust heeft geplaatst in een toestand die op voorzienbare wijze leidt tot een conflict tussen belangen. De rechter raamt onaantastbaar de geldwaarde van de niet in het vermogen van de veroordeelde aan te treffen vermogensvoordelen, mits het vermogensvoordelen betreft die opgeleverd zijn door de in de schriftelijke vordering van de procureur des Konings vermelde tenlasteleggingen en voor zover de rechter die tenlasteleggingen bewezen verklaard heeft. Wanneer de procureur des Konings de bijzondere verbeurdverklaring schriftelijk heeft gevorderd en indien de zaken niet kunnen worden gevonden in het vermogen van de veroordeelde, is de raming van de geldwaarde altijd in het debat voor de strafrechter. Uit het voorgaande volgt dat indien de procureur des Konings in zijn schriftelijke vordering de geldwaarde van de vermogensvoordelen heeft geraamd, de rechter de bijzondere verbeurdverklaring bij equivalent van de vermogensvoordelen kan uitspreken voor een hoger bedrag dan het in die schriftelijke vordering vermelde bedrag en dat hij in een dergelijk geval niet verplicht is om voorafgaandelijk de beklaagde de gelegenheid te geven daarover verweer te voeren.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!