- Full text
- Revue
- Numéro 379
- Article
- Grondwettelijk Hof nr. 160/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
Volume 2018 : 379
De advocatuur: een mooi maar hard beroep
Geen ondernemingsnummer vermeld, geen geld
Grondwettelijk Hof nr. 160/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
Vlaams woninghuurdecreet zorgt voor continuïteit en vernieuwing
Rechtsplegingsvergoeding: ook na tien jaar nog strijdig met Grondwet
Grondwettelijk Hof nr. 159/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
[Instituut voor Bedrijfsjuristen] IBJ stelt toekomstdocument voor: ‘Iedereen bedrijfsjurist’
Grondwettelijk Hof fluit ‘unus iudex’ terug in sociaal strafrecht
Grondwettelijk Hof nr. 162/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
Onderzoek over gebruik dna-analyse in strafonderzoeken legt pijnpunten bloot [Interview met Bertrand Renard]
Kinderen worden gehoord, maar wordt er ook geluisterd?
[Column] I have a dream
Maak Raad van State bevoegd voor voorstellen tot herziening Grondwet
Naar een 30-urenwerkweek?
Private bedrijven inzetten voor afhandeling GAS-boetes? Liever niet
Chinees recht voor beginners [Interview met Jacques Herbots]
Marrakesh: pacta sunt servanda?
De advocatuur: een mooi maar hard beroep
Geen ondernemingsnummer vermeld, geen geld
Grondwettelijk Hof nr. 160/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
Vlaams woninghuurdecreet zorgt voor continuïteit en vernieuwing
Rechtsplegingsvergoeding: ook na tien jaar nog strijdig met Grondwet
Grondwettelijk Hof nr. 159/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
[Instituut voor Bedrijfsjuristen] IBJ stelt toekomstdocument voor: ‘Iedereen bedrijfsjurist’
Grondwettelijk Hof fluit ‘unus iudex’ terug in sociaal strafrecht
Grondwettelijk Hof nr. 162/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)
Onderzoek over gebruik dna-analyse in strafonderzoeken legt pijnpunten bloot [Interview met Bertrand Renard]
Kinderen worden gehoord, maar wordt er ook geluisterd?
[Column] I have a dream
Maak Raad van State bevoegd voor voorstellen tot herziening Grondwet
Naar een 30-urenwerkweek?
Private bedrijven inzetten voor afhandeling GAS-boetes? Liever niet
Chinees recht voor beginners [Interview met Jacques Herbots]
Marrakesh: pacta sunt servanda?
Année
2018
Volume
2018
Numéro
379
Page
2
Langue
Néerlandais
Juridiction
Grondwettelijk Hof - Cour Constitutionnelle - Arbitragehof - Cour d'Arbitrage, 22/11/2018
Référence
“Grondwettelijk Hof nr. 160/2018, 22 november 2018 (prejudiciële vraag)”, DJK 2018, nr. 379, 2
Résumé
Samenvatting 1 Samenvatting niet beschikbaar. Samenvatting 2 Aldus geïnterpreteerd dat de daarin bepaalde sanctie van niet-ontvankelijkheid niet van toepassing is op een vordering ingesteld bij verzoekschrift op tegenspraak, schendt artikel III.26 van het Wetboek van economisch recht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet. Aldus geïnterpreteerd dat de daarin bepaalde sanctie van niet-ontvankelijkheid eveneens van toepassing is op een vordering ingesteld bij verzoekschrift op tegenspraak, schendt artikel III.26 van het Wetboek van economisch recht de artikelen 10 en 11 van de Grondwet niet. Het vereiste dat de bij deurwaardersexploot ingestelde vordering, wil zij ontvankelijk zijn, moet zijn gebaseerd op een activiteit waarvoor de onderneming op de datum van de inleiding van de vordering is ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen of op een activiteit die valt onder het maatschappelijk doel waarvoor de onderneming op die datum is ingeschreven, en de daarbij horende verplichting om het ondernemingsnummer te vermelden gaan terug op de algemene doelstelling die aan de wet van 3 juli 1956 op het handelsregister ten grondslag ligt. Met die wetgeving beoogde de wetgever het zwartwerk te bestraffen van diegenen die een handelswerkzaamheid uitoefenen zonder de juridische, sociale en fiscale gevolgen ervan te dragen en de maatregel strekte ertoe die handelaars de toegang tot de rechtszaal te ontzeggen. Aldus droeg die maatregel bij tot het bestrijden van de oneerlijke concurrentie. Die zorg geldt evenzeer voor de vorderingen die door ondernemingen bij wege van verzoekschrift op tegenspraak worden ingesteld. Voor het in de prejudiciële vraag vermelde verschil in behandeling is in de parlementaire voorbereiding van de in het geding zijnde bepaling geen verantwoording gegeven en het blijkt niet op welke gronden het verschil zou kunnen worden verantwoord. Doordat de ondernemingen op het vlak van hun vorderingen verschillend worden behandeld, naargelang de vordering wordt ingesteld bij deurwaardersexploot dan wel bij verzoekschrift op tegenspraak, heeft de wetgever een verschil in behandeling ingesteld dat niet redelijk is verantwoord.
Cher visiteur,
Cette page est resevée aux menbres de Jurisquare.
Veuillez vous connecter en cliquant sur le bouton 'Log in' ci-dessous, ou demander sans engagement une offre personnalisée en cliquant sur le bouton 'Abonner'. A partir de € 422,57(hors TVA) par an vous devenez déjà membre de Jurisquare et pouvez déjà accéder à la plus grande bibliothèque juridique digitale de Belgique!