Volume 76 : 10
Rechtsplegingsvergoeding: art. 1017 Ger.W. leidt tot divergente interpretaties
Rechten van de mens - Recht op eerbiediging van het privéleven en gezinsleven - Invordering van parkeerheffingen - Parkeerbedrijven - Identiteit van de houder van het voertuig
Bewijs - Burgerlijke zaken - Bekentenis - Minnelijke beëindiging van een overeenkomst
Verjaring - Stuiting - Niet bestaande als de eis wordt afgewezen - Burgerlijke vordering voor de strafrechter - Afwijzing wegens het niet bewezen zijn van de feiten of wegens gebrek aan oorzakelijk verband tussen de feiten en de schade
Belastingen - Retributie - Parkeerretributies - Identificatie houder nummerplaat - Wet van 10 april 1990 op de private en bijzondere veiligheid - Verbod voor bewakingsagent tot verrichten onderzoeksdaden of verkrijgen bijkomende inlichtingen - Mogelijkheid voor concessiehouder om aan gemeente identiteitsgegevens te vragen van degene die de retributie verschuldigd is
Marktpraktijken - Reclame - Begrip - Onrechtstreekse verkoopbevordering
Gerechtskosten - Rechtsplegingsvergoeding - Onderscheiden vorderingen van verschillende partijen tegen een partij - Afwijzing - Afzonderlijke berekening
Onderzoeksgerecht - Regeling van rechtspleging - Beschikking raadkamer dat zaak niet in staat van wijzen is - Uitputting rechtsmacht - Gevolg
Rechterlijke macht - Hoge Raad voor de Justitie - Benoeming rechter - Voordracht door benoemingscommissie - Geen vereiste van geheime stemming
Deskundigenonderzoek - Burgerlijke zaken - Mededeling van stukken - Bedrijfsgeheimen - Mogelijkheid van tegenspraak - Waarborgen - Inzagerecht
Onrechtmatige daad - Schade en schadeloosstelling - Samenloop van gemeenrechtelijke vergoeding met arbeidsongevallenvergoeding en met verzekering geneeskundige verzorging - Te late kennisgeving aan het ziekenfonds van het voornemen tot schadeloosstelling over te gaan - Gevolgen - Subrogatierecht van het ziekenfonds - Geen tegenwerpelijkheid van door de schadeverwekker gedane uitkeringen voorafgaandelijk aan de kennisgeving
Beslag en executie - Uitvoerbare titel - Alimentatie - Modaliteiten - Taak van de beslagrechter
Wet Continuïteit Ondernemingen - Procedure - Wijziging van het doel van de procedure - Van overdracht onder gerechtelijk gezag naar minnelijk akkoord
Aanneming van werk - Prijs - Vaste prijs - Begrip - Meerwerken - Begrip - Art. 1793 BW - Toepassingsvoorwaarden - Oprichting van een gebouw - Strikte interpretatie
Gerechtskosten - Rechtsplegingsvergoeding - Afstand van rechtsvordering - Vordering tot vrijwaring - Bedrag van de rechtsplegingsvergoeding
Rechtsplegingsvergoeding: art. 1017 Ger.W. leidt tot divergente interpretaties
Rechten van de mens - Recht op eerbiediging van het privéleven en gezinsleven - Invordering van parkeerheffingen - Parkeerbedrijven - Identiteit van de houder van het voertuig
Bewijs - Burgerlijke zaken - Bekentenis - Minnelijke beëindiging van een overeenkomst
Verjaring - Stuiting - Niet bestaande als de eis wordt afgewezen - Burgerlijke vordering voor de strafrechter - Afwijzing wegens het niet bewezen zijn van de feiten of wegens gebrek aan oorzakelijk verband tussen de feiten en de schade
Belastingen - Retributie - Parkeerretributies - Identificatie houder nummerplaat - Wet van 10 april 1990 op de private en bijzondere veiligheid - Verbod voor bewakingsagent tot verrichten onderzoeksdaden of verkrijgen bijkomende inlichtingen - Mogelijkheid voor concessiehouder om aan gemeente identiteitsgegevens te vragen van degene die de retributie verschuldigd is
Marktpraktijken - Reclame - Begrip - Onrechtstreekse verkoopbevordering
Gerechtskosten - Rechtsplegingsvergoeding - Onderscheiden vorderingen van verschillende partijen tegen een partij - Afwijzing - Afzonderlijke berekening
Onderzoeksgerecht - Regeling van rechtspleging - Beschikking raadkamer dat zaak niet in staat van wijzen is - Uitputting rechtsmacht - Gevolg
Rechterlijke macht - Hoge Raad voor de Justitie - Benoeming rechter - Voordracht door benoemingscommissie - Geen vereiste van geheime stemming
Deskundigenonderzoek - Burgerlijke zaken - Mededeling van stukken - Bedrijfsgeheimen - Mogelijkheid van tegenspraak - Waarborgen - Inzagerecht
Onrechtmatige daad - Schade en schadeloosstelling - Samenloop van gemeenrechtelijke vergoeding met arbeidsongevallenvergoeding en met verzekering geneeskundige verzorging - Te late kennisgeving aan het ziekenfonds van het voornemen tot schadeloosstelling over te gaan - Gevolgen - Subrogatierecht van het ziekenfonds - Geen tegenwerpelijkheid van door de schadeverwekker gedane uitkeringen voorafgaandelijk aan de kennisgeving
Beslag en executie - Uitvoerbare titel - Alimentatie - Modaliteiten - Taak van de beslagrechter
Wet Continuïteit Ondernemingen - Procedure - Wijziging van het doel van de procedure - Van overdracht onder gerechtelijk gezag naar minnelijk akkoord
Aanneming van werk - Prijs - Vaste prijs - Begrip - Meerwerken - Begrip - Art. 1793 BW - Toepassingsvoorwaarden - Oprichting van een gebouw - Strikte interpretatie
Gerechtskosten - Rechtsplegingsvergoeding - Afstand van rechtsvordering - Vordering tot vrijwaring - Bedrag van de rechtsplegingsvergoeding
Année
2012
Volume
76
Numéro
10
Page
371
Langue
Néerlandais
Juridiction
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 27/05/2010
Référence
“Verjaring - Stuiting - Niet bestaande als de eis wordt afgewezen - Burgerlijke vordering voor de strafrechter - Afwijzing wegens het niet bewezen zijn van de feiten of wegens gebrek aan oorzakelijk verband tussen de feiten en de schade”, RWE 2012-13, nr. 10, 371-372
Résumé
Krachtens art. 2247 BW wordt de stuiting van de verjaring voor niet bestaande gehouden indien de eis wordt afgewezen. Hoewel deze bepaling geen onderscheid maakt naargelang de gronden waarop de afwijzing gebeurt, moet de rechter de draagwijdte nagaan van de beslissing die de eis heeft afgewezen door de werkelijke gedachte te bepalen van de rechter die ze heeft uitgesproken. Hij moet dus nagaan of de rechter de eis definitief heeft willen afwijzen dan wel te kennen heeft gegeven dat het de afgewezen eiser vrijstond in een later stadium en onder bepaalde omstandigheden dezelfde eis opnieuw voor te brengen.
Wanneer de strafrechter de burgerlijke vordering afwijst op grond dat de aan de beklaagde ten laste gelegde feiten niet bewezen zijn of nog bij gebrek aan oorzakelijk verband tussen de bewezen feiten en de door de burgerlijke partij geleden schade, wijst hij de op het bestaan van een misdrijf gebaseerde vordering van de burgerlijke partij definitief af. De omstandigheid dat de afgewezen burgerlijke partij dan nog de mogelijkheid behoudt voor de burgerlijke rechter vergoeding te vorderen voor de door haar geleden schade op grond van een eventuele andere door de vrijgesproken beklaagde begane fout die geen misdrijf uitmaakt, doet hieraan geen afbreuk.
Cher visiteur,
Cette page est resevée aux menbres de Jurisquare.
Veuillez vous connecter en cliquant sur le bouton 'Log in' ci-dessous, ou demander sans engagement une offre personnalisée en cliquant sur le bouton 'Abonner'. A partir de € 422,57(hors TVA) par an vous devenez déjà membre de Jurisquare et pouvez déjà accéder à la plus grande bibliothèque juridique digitale de Belgique!