- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 4
- Artikel
- Verzet • Relatieve werking • Laattijdig vastgesteld collectief misdrijf • Kosten
Volume 13 : 4
België en het Europees onderzoeksbevel in strafzaken: een analyse van de wet van 22 mei 2017
Misbruik van vertrouwen • Vennootschapsbestuurders • Strafrechtelijke verantwoordelijkheid • Bewijs
Art. 141bis Sw. • Bewijs • Bewijslast • Elementen waarop de rechter zijn beslissing mag steunen • Feiten niet aan de tegenspraak van partijen onderworpen
Redelijke termijn • Aantasting recht van verdediging • Gevolgen • Assisenprocedure • Geschil over ontvankelijkheid van de strafvordering • Samenstelling
Art. 195 Sv. • Geldboete • Elementen betreffende de sociale toestand van de beklaagde • Motiveringsverplichting • Proportionaliteit • Art. 1 Eerste Aanvullend Protocol EVRM
Verzet • Relatieve werking • Laattijdig vastgesteld collectief misdrijf • Kosten
Cassatieprocedure • Antwoordnoot
Ontvankelijkheid van de strafvordering • Hoger beroep • Openbaar Ministerie • Burgerlijke vordering
Conclusies • Begrip • Indiening
Rechtsplegingsvergoeding • Toekenning aan elke in het gelijk gestelde partij, ook als slechts een rechtsplegingsvergoeding wordt gevorderd • Toekenning voor een hoger bedrag dan gevorderd
Hoger beroep • Grieven • Rechtsmacht appelrechter • Ambtshalve aan te voeren middelen • Verjaring van de strafvordering
België en het Europees onderzoeksbevel in strafzaken: een analyse van de wet van 22 mei 2017
Misbruik van vertrouwen • Vennootschapsbestuurders • Strafrechtelijke verantwoordelijkheid • Bewijs
Art. 141bis Sw. • Bewijs • Bewijslast • Elementen waarop de rechter zijn beslissing mag steunen • Feiten niet aan de tegenspraak van partijen onderworpen
Redelijke termijn • Aantasting recht van verdediging • Gevolgen • Assisenprocedure • Geschil over ontvankelijkheid van de strafvordering • Samenstelling
Art. 195 Sv. • Geldboete • Elementen betreffende de sociale toestand van de beklaagde • Motiveringsverplichting • Proportionaliteit • Art. 1 Eerste Aanvullend Protocol EVRM
Verzet • Relatieve werking • Laattijdig vastgesteld collectief misdrijf • Kosten
Cassatieprocedure • Antwoordnoot
Ontvankelijkheid van de strafvordering • Hoger beroep • Openbaar Ministerie • Burgerlijke vordering
Conclusies • Begrip • Indiening
Rechtsplegingsvergoeding • Toekenning aan elke in het gelijk gestelde partij, ook als slechts een rechtsplegingsvergoeding wordt gevorderd • Toekenning voor een hoger bedrag dan gevorderd
Hoger beroep • Grieven • Rechtsmacht appelrechter • Ambtshalve aan te voeren middelen • Verjaring van de strafvordering
Jaar
2018
Volume
13
Nummer
4
Pagina
406
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 16/01/2018
Referentie
“Verzet • Relatieve werking • Laattijdig vastgesteld collectief misdrijf • Kosten”, NC 2018, nr. 4, 406-407
Samenvatting
Indien de appelrechters, rekening houdend met de in artikel 65, tweede lid Sw. bedoelde samenloop, een bijkomende straf uitspreken die niet zwaarder is dan de straf die door het arrest bij verstek is opgelegd wegens het bij hen aanhangige feit alleen, of aan die straf gelijk is, wordt de toestand van de verzetdoende beklaagde niet verzwaard. De regel volgens welke de relatieve werking van het verzet elke verzwaring van de toestand van de verzetdoende partij verhindert, houdt niet in dat die partij niet kan worden veroordeeld tot de kosten van het geding, daarin begrepen deze van de verstekprocedure en het verzet wanneer het verstek aan haar te wijten is. Het feit dat het totaal van die kosten hoger kan zijn dan deze gedaan bij de verstekprocedure, doet hieraan geen afbreuk.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!