- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 11
- Artikel
- Raad van State – Schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid – COVID-19 – Onderwijs – Coronamaatregelen die betrekking hebben op het onderwijs – Formulering vordering tot schorsing in verzoekschrift – Geen vermelding in het opschrift van het verzoekschrift dat de vordering bij uiterst dringende noodzakelijkheid is ingesteld – Proceseconomie – Vordering behandeld als bij uiterst dringende noodzakelijkheid – Geen verzoek auditoraat om anders te handelen
Volume 85 : 11
Duurzame leefomgeving: van wicked problem tot human right
Vijf na twaalf en prematuur. De Pandemiewet in het licht van het voorbije en toekomstige crisisbeheer
1. Rechten van de mens – Recht op toegang tot een rechter – Aanneming van werk – Rechtstreekse vordering – Onderaannemer – Misbruik van procesrecht – 2. Aanneming van werk – Rechtstreekse vordering – Onderaannemer – Misbruik van procesrecht
Burgerlijke rechtspleging – Taak van de rechter – Partijautonomie – Procedureakkoord – Eensluidende conclusies
Luchtvervoer – Langdurige vertraging – Passagiersverordening – Vordering tot compensatie – Verjaringstermijn – Verzoek binnen eenjarige termijn
Nationaliteit – Verkrijging van de Belgische nationaliteit – Geboorte in België – Wettelijk hoofdverblijf in België – Bewijs van wettelijk verblijf van een Unieburger
Burgerlijke rechtspleging – Taak van de rechter – Toepassing van het recht op de feiten – Recht van verdediging
Strafwet – Toepassing in de tijd – Terugwerkende kracht van de mildere strafwet – Wijziging van een uitvoeringsbesluit – Afwezigheid van een mildere strafwet – Wijziging van de reglementering betreffende de inschrijving van voertuigen
1. Verzekeringen – Verzekeringsovereenkomst – Verjaring – Rechtstreekse vordering – Stuiting – Wil van de benadeelde om een vergoeding te verkrijgen – Artikel 35, § 4 Wet Landverzekeringsovereenkomst (thans artikel 89, § 5 Wet Verzekeringen) – 2. Gerechtelijke procedure – Rechtsplegingsvergoeding – Vereiste van een daadwerkelijke procesverhouding – Artikelen 1018, eerste lid, 6° en 1022 Ger.W.
1. Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Cassatieberoep – Middel tot cassatie – Nieuw middel – Middel dat schending aanvoert van een wetsbepaling die de rechter had moeten toepassen – 2. Gerechtskosten – Rechtsplegingsvergoeding – Vaststelling per aanleg – Behandeling van de zaak vóór en na cassatie
Raad van State – Schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid – COVID-19 – Onderwijs – Coronamaatregelen die betrekking hebben op het onderwijs – Formulering vordering tot schorsing in verzoekschrift – Geen vermelding in het opschrift van het verzoekschrift dat de vordering bij uiterst dringende noodzakelijkheid is ingesteld – Proceseconomie – Vordering behandeld als bij uiterst dringende noodzakelijkheid – Geen verzoek auditoraat om anders te handelen
Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Hoger beroep – Incidenteel hoger beroep – Vormvereisten
Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Hoger beroep – Vonnis over de gedingkosten
1. Kort geding – Voorlopige noodzakelijkheid – Aanstelling van sekwester op eenzijdig verzoekschrift – Vereiste van volstrekte noodzakelijkheid – Begrip – 2. Sekwester – Gerechtelijk sekwester – Voorwaarden
1. Burgerlijke rechtspleging – Kort debat – Geval waarin partijen het hierover eens zijn – Gevolg appreciatierecht van rechter – 2. Overeenkomst – Kwalificatie – Dwaling – Gevolg – 3. Huur – a) Begrip – Vereiste van prijs – Vorm van de prijs – Vereiste van evenwaardig geachte tegenprestatie – Geen daadwerkelijke tegenprestatie – Gevolg – Bruikleen – b) Opzegging – Foutieve motivering – Gevolg – c) Opzegging – Tegen een premature datum – Gevolg
Europese Unie – Art. 259 VWEU – Bevoegdheid van het Hof – Bepalen van de gemeenschappelijke grens tussen twee lidstaten – Grensgeschil tussen Kroatië en Slovenië – Arbitrage – Kennisgeving door Kroatië van beslissing om de overeenkomst te beëindigen wegens onregelmatigheid begaan door lid van het scheidsgerecht – Arbitrale uitspraak– Vermeende niet-nakoming door Kroatië van de arbitrageovereenkomst en van de in de arbitrale uitspraak vastgestelde grens – Beginsel van loyale samenwerking
Duurzame leefomgeving: van wicked problem tot human right
Vijf na twaalf en prematuur. De Pandemiewet in het licht van het voorbije en toekomstige crisisbeheer
1. Rechten van de mens – Recht op toegang tot een rechter – Aanneming van werk – Rechtstreekse vordering – Onderaannemer – Misbruik van procesrecht – 2. Aanneming van werk – Rechtstreekse vordering – Onderaannemer – Misbruik van procesrecht
Burgerlijke rechtspleging – Taak van de rechter – Partijautonomie – Procedureakkoord – Eensluidende conclusies
Luchtvervoer – Langdurige vertraging – Passagiersverordening – Vordering tot compensatie – Verjaringstermijn – Verzoek binnen eenjarige termijn
Nationaliteit – Verkrijging van de Belgische nationaliteit – Geboorte in België – Wettelijk hoofdverblijf in België – Bewijs van wettelijk verblijf van een Unieburger
Burgerlijke rechtspleging – Taak van de rechter – Toepassing van het recht op de feiten – Recht van verdediging
Strafwet – Toepassing in de tijd – Terugwerkende kracht van de mildere strafwet – Wijziging van een uitvoeringsbesluit – Afwezigheid van een mildere strafwet – Wijziging van de reglementering betreffende de inschrijving van voertuigen
1. Verzekeringen – Verzekeringsovereenkomst – Verjaring – Rechtstreekse vordering – Stuiting – Wil van de benadeelde om een vergoeding te verkrijgen – Artikel 35, § 4 Wet Landverzekeringsovereenkomst (thans artikel 89, § 5 Wet Verzekeringen) – 2. Gerechtelijke procedure – Rechtsplegingsvergoeding – Vereiste van een daadwerkelijke procesverhouding – Artikelen 1018, eerste lid, 6° en 1022 Ger.W.
1. Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Cassatieberoep – Middel tot cassatie – Nieuw middel – Middel dat schending aanvoert van een wetsbepaling die de rechter had moeten toepassen – 2. Gerechtskosten – Rechtsplegingsvergoeding – Vaststelling per aanleg – Behandeling van de zaak vóór en na cassatie
Raad van State – Schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid – COVID-19 – Onderwijs – Coronamaatregelen die betrekking hebben op het onderwijs – Formulering vordering tot schorsing in verzoekschrift – Geen vermelding in het opschrift van het verzoekschrift dat de vordering bij uiterst dringende noodzakelijkheid is ingesteld – Proceseconomie – Vordering behandeld als bij uiterst dringende noodzakelijkheid – Geen verzoek auditoraat om anders te handelen
Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Hoger beroep – Incidenteel hoger beroep – Vormvereisten
Rechtsmiddelen – Burgerlijke zaken – Hoger beroep – Vonnis over de gedingkosten
1. Kort geding – Voorlopige noodzakelijkheid – Aanstelling van sekwester op eenzijdig verzoekschrift – Vereiste van volstrekte noodzakelijkheid – Begrip – 2. Sekwester – Gerechtelijk sekwester – Voorwaarden
1. Burgerlijke rechtspleging – Kort debat – Geval waarin partijen het hierover eens zijn – Gevolg appreciatierecht van rechter – 2. Overeenkomst – Kwalificatie – Dwaling – Gevolg – 3. Huur – a) Begrip – Vereiste van prijs – Vorm van de prijs – Vereiste van evenwaardig geachte tegenprestatie – Geen daadwerkelijke tegenprestatie – Gevolg – Bruikleen – b) Opzegging – Foutieve motivering – Gevolg – c) Opzegging – Tegen een premature datum – Gevolg
Europese Unie – Art. 259 VWEU – Bevoegdheid van het Hof – Bepalen van de gemeenschappelijke grens tussen twee lidstaten – Grensgeschil tussen Kroatië en Slovenië – Arbitrage – Kennisgeving door Kroatië van beslissing om de overeenkomst te beëindigen wegens onregelmatigheid begaan door lid van het scheidsgerecht – Arbitrale uitspraak– Vermeende niet-nakoming door Kroatië van de arbitrageovereenkomst en van de in de arbitrale uitspraak vastgestelde grens – Beginsel van loyale samenwerking
Jaar
2021
Volume
85
Nummer
11
Pagina
457
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Raad van State - Conseil d’Etat, 21/04/2021
Referentie
“Raad van State – Schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid – COVID-19 – Onderwijs – Coronamaatregelen die betrekking hebben op het onderwijs – Formulering vordering tot schorsing in verzoekschrift – Geen vermelding in het opschrift van het verzoekschrift dat de vordering bij uiterst dringende noodzakelijkheid is ingesteld – Proceseconomie – Vordering behandeld als bij uiterst dringende noodzakelijkheid – Geen verzoek auditoraat om anders te handelen”, RWE 2021-22, nr. 11, 457
Samenvatting
Het verzoekschrift, dat is ingediend zonder bijstand van een raadsman, draagt het opschrift «Verzoekschrift tot nietigverklaring en verzoek tot schadevergoeding tot herstel». Verzoeker schrijft evenwel ook dat het «van fundamenteel belang [is] dat dit verzoekschrift als hoogdringend wordt opgenomen». Het verzoekschrift refereert alleszins aan het recht van onderwijs van verzoeker dat door de sluiting van de kleuterschool in het gedrang komt, een aanspraak waarvan getwijfeld kan worden dat ze in een gewone annulatieprocedure nuttig verholpen kan worden. Spijts de vaststelling dat nergens in het verzoekschrift formeel de schorsing van de tenuitvoerlegging wordt gevraagd, is de zaak dadelijk opgeroepen op een openbare terechtzitting om hierover uitsluitsel te krijgen. Op de terechtzitting maakt verzoeker duidelijk dat hij inderdaad een schorsing van de tenuitvoerlegging van de door hem bestreden maatregelen nastreeft en dit zo snel mogelijk. Er moet bijgevolg worden aangenomen dat verzoeker met het inleiden van zijn zaak bij de Raad van State een vordering tot schorsing bij uiterst dringende noodzakelijkheid beoogt in te stellen. Evenwel draagt het verzoekschrift niet in het opschrift de vermelding dat de vordering is ingesteld «bij uiterst dringende noodzakelijkheid». In dat geval schrijft artikel 16, § 1, tweede lid, van het procedurereglement kort geding voor dat het verzoekschrift wordt behandeld «volgens de regels bepaald in de hoofdstukken I en II», dit betekent volgens de gewone schorsingsprocedure. Hieruit volgt dat de zaak verwezen zou moeten worden naar de griffie voor nadere afhandeling volgens de voormelde gewone schorsingsprocedure. Zoals echter zal blijken, is de schorsing tot mislukken gedoemd, ongeacht de te volgen procedure. De goede proceseconomie vraagt dan de vordering reeds thans te verwerpen en ze niet aan een aanvullend onderzoek van het auditoraat en een bijkomende openbare terechtzitting te onderwerpen. Het auditoraat heeft hierom in zijn advies ter terechtzitting overigens ook niet verzocht.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!