- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 3
- Artikel
- Burenhinder – Verjaring – Vijf jaar – Bewijslast – Kennisvoorwaarde – Geobjectiveerde en normatieve betekenis – Invulling
Volume 12 : 3
Het eenheidsstatuut in de bouwsector: de uitzondering bevestigt de regel?
Woninghuur – Korte duur – Omzetting in huurovereenkomst van negen jaar – Geen stilzwijgende wederinhuring – Verplichtingen borg
Onverdeeldheid – Vrijwillige mede-eigendom in hoofdzaak – Verdeling – Toepasselijk recht
Jachtrecht – Houder – Bospercelen – Eigenaar – Grof wild – Velden, vruchten en oogsten – Schade – Begrip – Grasperken – Bloemperken
Personenbelasting – Diverse inkomsten – Art. 90, 1° WIB – Onroerend goed – Occasionele winsten en baten – Geen normale verrichting van beheer van privévermogen – Belastbaarheid
Personenbelasting – Diverse inkomsten – Art. 90, 1° WIB – Onroerend goed – Occasionele winsten en baten – Zowel aan- als verkoop geen normale verrichting van beheer van privévermogen – Belastbaarheid – Integrale meerwaarde
Verbintenis – Dwaling – Verschoonbaarheid – Nietigverklaring overeenkomst
Gewestelijke kwaliteitsnormen – Vlaamse Wooncode – Herstelvordering – Ambtshalve uitvoering van werken – Wettelijke hypotheek – Ogenblik inschrijving
Koop – Onroerend goed – Intentie koper – Uitbaten horecazaak – Agrarisch gebied – Dwaling – Zelfstandigheid van de zaak
Klimop en wingerd – Gemene muur – Art. 35 Veldwetboek
Mede-eigenaar – Rechtsvordering privatieve kavel – Inlichten syndicus
Deskundigenonderzoek – Wraking – Termijn indiening verzoek tot wraking
Deskundigenonderzoek – Wraking – Termijn indiening verzoek tot wraking – Sanctie
Btw – Betwisting van meerprijs voor uitgevoerde werken – Toepassing van verlegging van de heffing bij facturering – Rol van de burgerlijke rechter in geschilpunt van fiscale aard – Verschuldigdheid en aftrek van de btw
Burenhinder – Verjaring – Vijf jaar – Bewijslast – Kennisvoorwaarde – Geobjectiveerde en normatieve betekenis – Invulling
Huur – Huurprijs – Geld of andere tegenprestatie – Woninghuurwet – Toepassingsgebied – Conciërgewoning – Geen accessoire overeenkomst – Geen bezetting ter bede
Verdrag van Chicago van 7 december 1944 inzake de internationale burgerlijke luchtvaart – Veiligheidsvoorschriften hoogte constructies aanpalend perceel – Andersluidende stedenbouwkundige vergunning
Sociale huur – Rationele bezetting – Opzegging wegens ernstige en blijvende tekortkoming – Volheid van beoordeling door rechtbank – Misbruik opzeggingsrecht – Inmenging privé- en gezinsleven
Het eenheidsstatuut in de bouwsector: de uitzondering bevestigt de regel?
Woninghuur – Korte duur – Omzetting in huurovereenkomst van negen jaar – Geen stilzwijgende wederinhuring – Verplichtingen borg
Onverdeeldheid – Vrijwillige mede-eigendom in hoofdzaak – Verdeling – Toepasselijk recht
Jachtrecht – Houder – Bospercelen – Eigenaar – Grof wild – Velden, vruchten en oogsten – Schade – Begrip – Grasperken – Bloemperken
Personenbelasting – Diverse inkomsten – Art. 90, 1° WIB – Onroerend goed – Occasionele winsten en baten – Geen normale verrichting van beheer van privévermogen – Belastbaarheid
Personenbelasting – Diverse inkomsten – Art. 90, 1° WIB – Onroerend goed – Occasionele winsten en baten – Zowel aan- als verkoop geen normale verrichting van beheer van privévermogen – Belastbaarheid – Integrale meerwaarde
Verbintenis – Dwaling – Verschoonbaarheid – Nietigverklaring overeenkomst
Gewestelijke kwaliteitsnormen – Vlaamse Wooncode – Herstelvordering – Ambtshalve uitvoering van werken – Wettelijke hypotheek – Ogenblik inschrijving
Koop – Onroerend goed – Intentie koper – Uitbaten horecazaak – Agrarisch gebied – Dwaling – Zelfstandigheid van de zaak
Klimop en wingerd – Gemene muur – Art. 35 Veldwetboek
Mede-eigenaar – Rechtsvordering privatieve kavel – Inlichten syndicus
Deskundigenonderzoek – Wraking – Termijn indiening verzoek tot wraking
Deskundigenonderzoek – Wraking – Termijn indiening verzoek tot wraking – Sanctie
Btw – Betwisting van meerprijs voor uitgevoerde werken – Toepassing van verlegging van de heffing bij facturering – Rol van de burgerlijke rechter in geschilpunt van fiscale aard – Verschuldigdheid en aftrek van de btw
Burenhinder – Verjaring – Vijf jaar – Bewijslast – Kennisvoorwaarde – Geobjectiveerde en normatieve betekenis – Invulling
Huur – Huurprijs – Geld of andere tegenprestatie – Woninghuurwet – Toepassingsgebied – Conciërgewoning – Geen accessoire overeenkomst – Geen bezetting ter bede
Verdrag van Chicago van 7 december 1944 inzake de internationale burgerlijke luchtvaart – Veiligheidsvoorschriften hoogte constructies aanpalend perceel – Andersluidende stedenbouwkundige vergunning
Sociale huur – Rationele bezetting – Opzegging wegens ernstige en blijvende tekortkoming – Volheid van beoordeling door rechtbank – Misbruik opzeggingsrecht – Inmenging privé- en gezinsleven
Jaar
2014
Volume
12
Nummer
3
Pagina
151
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Gent, Hof van Beroep - Cour d'Appel, 25/04/2014
Referentie
“Burenhinder – Verjaring – Vijf jaar – Bewijslast – Kennisvoorwaarde – Geobjectiveerde en normatieve betekenis – Invulling”, T.B.O. 2014, nr. 3, 151-153
Samenvatting
De in artikel 2262bis, § 1, tweede en derde lid BW bedoelde dubbele verjaringstermijn geldt als gemeenrechtelijke verjaringstermijn voor buitencontractuele rechtsvorderingen. Aan het begrip ‘buitencontractuele vordering’ wordt een ruime invulling gegeven. Hieronder valt de buitencontractuele aansprakelijkheid als gevolg van burenhinder (art. 544 BW). De relatieve verjaringstermijn bedraagt vijf jaar en begint te lopen zodra de benadeelde kennis heeft van de schade en van de identiteit van de aansprakelijke persoon. De feitenrechter beoordeelt deze kennisvoorwaarden in feite, terwijl de persoon die zich op de verjaring beroept, het bewijs moet leveren van de kennis (in hoofde van wie hem aanspreekt) van de schade en de identiteit van de aansprakelijke persoon (art. 870 en 1315 BW). Aan de bedoelde ‘kennis van de schade’ en ‘kennis van de identiteit van de aansprakelijke persoon’ moet een geobjectiveerde en normatieve betekenis worden toegekend: op grond van de aangebrachte (bewijs)elementen moet de (feiten)rechter oordelen of er al dan niet kennis was bij de benadeelde. De normatieve beoordeling leidt naar het referentietype van de normaal zorgvuldige persoon. Wanneer een normaal zorgvuldige benadeelde, geplaatst in dezelfde omstandigheden, redelijkerwijze op de hoogte was geweest van de schade (los van de omvang) en de identiteit van de aansprakelijke persoon, kan dit ook van de benadeelde in een specifieke zaak worden verwacht. Het is niet noodzakelijk dat de benadeelde kennis heeft van alle details om zijn zaak te bewijzen alvorens de verjaringstermijn een aanvang zou nemen. Het volstaat dat een redelijk persoon, geplaatst in dezelfde omstandigheden, tot het besluit zou komen dat een vordering kan worden ingesteld opdat de verjaringstermijn zou beginnen lopen. Voorts moet de benadeelde zelf de gevolgen dragen van een gebeurlijk verkeerde keuze tussen verschillende identificeerbare (mogelijk) aansprakelijke personen.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!