Volume 2013 : 3
Le principe de la légalité de la preuve en droit fiscal
De afzonderlijke aanslag van artikel 219 WIB 92
Cour de Justice de l'Union européenne (6e ch., ord.), 19/09/2012 — Droit fiscal international – Convention préventive de la double imposition – Convention bilatérale franco-belge – Double taxation des dividendes – Compatibilité avec le Traité C.E – Clause de standstill (article 10 C.E.)
Internationaal fiscaal recht – Bilateraal Frans-Belgisch verdrag om de dubbele aanslag van dividenden te vermijden – Dubbele aanslag van dividenden – Verenigbaarheid met het EG-verdrag – Standstill clausule (artikel 10 EG)
Note sous C.J.U.E. (anc. C.J.C.E.)(6e ch., ord.), 19 sept. 2012, C-540/11
Hof van cassatie, 23/11/2012 — Inkomstenbelastingen – Invordering – Vervolgingen – Overheid die bevoegd is om te verklaren dat de derde-beslagene de belasting rechtstreeks verschuldigd is
Impôts sur les revenus – Recouvrement – Poursuites – Autorité compétente pour déclarer le tiers saisi débiteur direct de l'impôt
[La compétence du receveur fiscal] Note sous Cass., 23 nov. 2012, F.11.0164.N
Cour d'appel de Bruxelles (6e ch.), 09/05/2012 — Impôts sur les revenus – Réclamations et actions en justice – Action en justice – Appel – Appel d'un jugement d'ordre – Irrecevabilité en l'absence de grief
Inkomstenbelastingen – Rechtsvordering – Beroep tegen een vonnis dat een ordemaatregel beveelt – Niet ontvankelijkheid bij afwezigheid van een bezwaar
Note sous Brux. (6e ch.), 9 mai 2012
Tribunal de première instance de Namur (4e ch.), 20/03/2013 — Impôts sur les revenus – Recouvrement – Poursuites – Prescription des droits du Trésor – Réclamation – Commandement interruptif de prescription – Impôts contestés – Article 2251 du Code civil
Inkomstenbelastingen – Verjaring van de rechten van de Schatkist – Bezwaar – Bevel tot betaling dat de verjaring stuit – Invordering – Betwiste belastingen – Artikel 2251 van het Burgerlijk Wetboek
Cour de cassation, 27/01/2012 — Enregistrement – Simulation – Choix de la voie la moins imposée – Absence de simulation
Registratie – Veinzing – Keuze van de minst belaste weg – Geen veinzing
Analyse et exemples en droits d'enregistrement des risques de simulation dans les actes de société
Cour de cassation, 10/01/2013 — Droit de succession – Recouvrement – Contrainte – Motivation formelle des actes administratifs
Successierechten – Invordering – Dwangbevel – Formele motivering van bestuurshandelingen
Hof van beroep te Antwerpen, 27/03/2012 — Successie (recht) – I. Weglating – Geldboete – Kwijtschelding – Geen fout – Bevoegdheid van de rechtbank. – II. Intresten – Kwijtschelding – Bevoegdheid.
Succession (droit de) – I. Omission – Amende – Remise – Absence de faute – Compétence du tribunal. – II. Intérêts – Remise – Compétence.
Tribunal de première instance de Bruxelles, 19/09/2012 — Succession (droit de) – Prescription – Délai – Simple connaissance par l'administration d'une erreur dans la déclaration – Pas de prescription de deux ans – Prescription de cinq ans
Successie(recht) – Verjaring – Termijn – Gewone kennis vanwege de administratie van een fout in de aangifte – Geen verjaring van twee jaar – Verjaring van vijf jaar
Tribunal de première instance de Liège, 26/10/2012 — Succession (droit de) – I. Restitution – Pas de restitution sans texte légal. – II. Intérêts – Événement nouveau – Arrêt de la cour d'appel – Réduction des intérêts. – III. Amende – Multiplication des recours – Bonne foi.
Successie(recht) – I. Teruggave – Geen teruggave zonder wettelijke bepaling. – II. Intresten – Nieuwe gebeurtenis – Arrest van het Hof van Beroep – Herleiden van de intresten. – III. Geldboete – Veelvuldige beroepen – Goede trouw.
Tribunal de première instance de Mons, 08/11/2012 — Succession (droit de) – Restitution – Prescription – Délai – Arrêt de la Cour constitutionnelle – Pas d'événement nouveau
Successie(recht) – Teruggave – Verjaring – Termijn – Arrest van het grondwettelijk hof – Geen nieuwe gebeurtenis
[Notion d'« événement nouveau » pour la détermination de la prise de cours de la prescription quinquennale prévue à l'article 138 C. succ.] Note sous Civ. Mons, 8 nov. 2012
Rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, 14/01/2013 — Registratie – I. Vervolgingen en instanties – Ontvankelijkheid van de vordering (art. 1034ter Ger.W.) – II. Teruggave, vernietiging, ontbinding of herroeping van een verdrag – Vernietiging van een onderhandse verkoopakte – Akkoord van de partijen – Teruggave van de rechten (art. 209, 2° van het W. Reg.) en van de in art. 41, 1° W. Reg. voorziene boete
Enregistrement – I. Poursuites et instances – Recevabilité de la demande (art. 1034ter du C. jud.). – II. Restitution, annulation, résolution ou révocation d'une convention – Annulation du contrat de vente sous seing privé – Accord des parties – Restitution des droits (art. 209, 2° du C. enr.) et de l'amende prévue à l'art. 41, 1° du C. enr.
[Conditions dans lesquelles une intervention judiciaire peut donner lieu à restitution des droits d'enregistrement en Région flamande] Note sous Civ. Hasselt, 14 janv. 2013
Cour de Justice de l'Union européenne (2e ch.), 14/03/2013 — T.V.A – Déclarations de commencement, de changement et de cessation de l'activité et identification de l'assujetti – Identification des assujettis à la T.V.A – Refus d'attribuer un numéro d'identification à la T.V.A. au motif que l'assujetti ne dispose pas des moyens matériels, techniques et financiers pour exercer l'activité économique déclarée – Lutte contre la fraude fiscale – Principe de proportionnalité
B.T.W – Aangifte van begin, wijziging en stopzetting van de activiteit en identificatie van de belastingplichtige – Identificatie van btw-plichtigen – Weigering van toekenning van btw-identificatienummer op grond dat btw-plichtige niet over materiële, technische en financiële middelen beschikt om aangegeven economische activiteit uit te oefenen – Bestrijding van belastingfraude – Evenredigheidsbeginsel
Note sous C.J.U.E. (anc. C.J.C.E.)(2e ch.), 14 mars 2013, C-527/11
The Tax Disputes and Litigation Review (Whitehead, S.)
Le principe de la légalité de la preuve en droit fiscal
De afzonderlijke aanslag van artikel 219 WIB 92
Cour de Justice de l'Union européenne (6e ch., ord.), 19/09/2012 — Droit fiscal international – Convention préventive de la double imposition – Convention bilatérale franco-belge – Double taxation des dividendes – Compatibilité avec le Traité C.E – Clause de standstill (article 10 C.E.)
Internationaal fiscaal recht – Bilateraal Frans-Belgisch verdrag om de dubbele aanslag van dividenden te vermijden – Dubbele aanslag van dividenden – Verenigbaarheid met het EG-verdrag – Standstill clausule (artikel 10 EG)
Note sous C.J.U.E. (anc. C.J.C.E.)(6e ch., ord.), 19 sept. 2012, C-540/11
Hof van cassatie, 23/11/2012 — Inkomstenbelastingen – Invordering – Vervolgingen – Overheid die bevoegd is om te verklaren dat de derde-beslagene de belasting rechtstreeks verschuldigd is
Impôts sur les revenus – Recouvrement – Poursuites – Autorité compétente pour déclarer le tiers saisi débiteur direct de l'impôt
[La compétence du receveur fiscal] Note sous Cass., 23 nov. 2012, F.11.0164.N
Cour d'appel de Bruxelles (6e ch.), 09/05/2012 — Impôts sur les revenus – Réclamations et actions en justice – Action en justice – Appel – Appel d'un jugement d'ordre – Irrecevabilité en l'absence de grief
Inkomstenbelastingen – Rechtsvordering – Beroep tegen een vonnis dat een ordemaatregel beveelt – Niet ontvankelijkheid bij afwezigheid van een bezwaar
Note sous Brux. (6e ch.), 9 mai 2012
Tribunal de première instance de Namur (4e ch.), 20/03/2013 — Impôts sur les revenus – Recouvrement – Poursuites – Prescription des droits du Trésor – Réclamation – Commandement interruptif de prescription – Impôts contestés – Article 2251 du Code civil
Inkomstenbelastingen – Verjaring van de rechten van de Schatkist – Bezwaar – Bevel tot betaling dat de verjaring stuit – Invordering – Betwiste belastingen – Artikel 2251 van het Burgerlijk Wetboek
Cour de cassation, 27/01/2012 — Enregistrement – Simulation – Choix de la voie la moins imposée – Absence de simulation
Registratie – Veinzing – Keuze van de minst belaste weg – Geen veinzing
Analyse et exemples en droits d'enregistrement des risques de simulation dans les actes de société
Cour de cassation, 10/01/2013 — Droit de succession – Recouvrement – Contrainte – Motivation formelle des actes administratifs
Successierechten – Invordering – Dwangbevel – Formele motivering van bestuurshandelingen
Hof van beroep te Antwerpen, 27/03/2012 — Successie (recht) – I. Weglating – Geldboete – Kwijtschelding – Geen fout – Bevoegdheid van de rechtbank. – II. Intresten – Kwijtschelding – Bevoegdheid.
Succession (droit de) – I. Omission – Amende – Remise – Absence de faute – Compétence du tribunal. – II. Intérêts – Remise – Compétence.
Tribunal de première instance de Bruxelles, 19/09/2012 — Succession (droit de) – Prescription – Délai – Simple connaissance par l'administration d'une erreur dans la déclaration – Pas de prescription de deux ans – Prescription de cinq ans
Successie(recht) – Verjaring – Termijn – Gewone kennis vanwege de administratie van een fout in de aangifte – Geen verjaring van twee jaar – Verjaring van vijf jaar
Tribunal de première instance de Liège, 26/10/2012 — Succession (droit de) – I. Restitution – Pas de restitution sans texte légal. – II. Intérêts – Événement nouveau – Arrêt de la cour d'appel – Réduction des intérêts. – III. Amende – Multiplication des recours – Bonne foi.
Successie(recht) – I. Teruggave – Geen teruggave zonder wettelijke bepaling. – II. Intresten – Nieuwe gebeurtenis – Arrest van het Hof van Beroep – Herleiden van de intresten. – III. Geldboete – Veelvuldige beroepen – Goede trouw.
Tribunal de première instance de Mons, 08/11/2012 — Succession (droit de) – Restitution – Prescription – Délai – Arrêt de la Cour constitutionnelle – Pas d'événement nouveau
Successie(recht) – Teruggave – Verjaring – Termijn – Arrest van het grondwettelijk hof – Geen nieuwe gebeurtenis
[Notion d'« événement nouveau » pour la détermination de la prise de cours de la prescription quinquennale prévue à l'article 138 C. succ.] Note sous Civ. Mons, 8 nov. 2012
Rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, 14/01/2013 — Registratie – I. Vervolgingen en instanties – Ontvankelijkheid van de vordering (art. 1034ter Ger.W.) – II. Teruggave, vernietiging, ontbinding of herroeping van een verdrag – Vernietiging van een onderhandse verkoopakte – Akkoord van de partijen – Teruggave van de rechten (art. 209, 2° van het W. Reg.) en van de in art. 41, 1° W. Reg. voorziene boete
Enregistrement – I. Poursuites et instances – Recevabilité de la demande (art. 1034ter du C. jud.). – II. Restitution, annulation, résolution ou révocation d'une convention – Annulation du contrat de vente sous seing privé – Accord des parties – Restitution des droits (art. 209, 2° du C. enr.) et de l'amende prévue à l'art. 41, 1° du C. enr.
[Conditions dans lesquelles une intervention judiciaire peut donner lieu à restitution des droits d'enregistrement en Région flamande] Note sous Civ. Hasselt, 14 janv. 2013
Cour de Justice de l'Union européenne (2e ch.), 14/03/2013 — T.V.A – Déclarations de commencement, de changement et de cessation de l'activité et identification de l'assujetti – Identification des assujettis à la T.V.A – Refus d'attribuer un numéro d'identification à la T.V.A. au motif que l'assujetti ne dispose pas des moyens matériels, techniques et financiers pour exercer l'activité économique déclarée – Lutte contre la fraude fiscale – Principe de proportionnalité
B.T.W – Aangifte van begin, wijziging en stopzetting van de activiteit en identificatie van de belastingplichtige – Identificatie van btw-plichtigen – Weigering van toekenning van btw-identificatienummer op grond dat btw-plichtige niet over materiële, technische en financiële middelen beschikt om aangegeven economische activiteit uit te oefenen – Bestrijding van belastingfraude – Evenredigheidsbeginsel
Note sous C.J.U.E. (anc. C.J.C.E.)(2e ch.), 14 mars 2013, C-527/11
The Tax Disputes and Litigation Review (Whitehead, S.)
Année
2013
Volume
2013
Numéro
3
Page
209
Langue
Français
Juridiction
Namen, Rechtbank van Eerste Aanleg - Tribunal de Première Instance, 20/03/2013
Référence
“Tribunal de première instance de Namur (4e ch.), 20/03/2013 — Impôts sur les revenus – Recouvrement – Poursuites – Prescription des droits du Trésor – Réclamation – Commandement interruptif de prescription – Impôts contestés – Article 2251 du Code civil”, RGCF 2013, nr. 3, 209-214
Résumé
Jusqu'à l'insertion par la loi du 22 décembre 2003 des nouveaux articles 443bis et 443ter CIR, la loi ne prévoyait pas la suspension du cours de la prescription en cas de réclamation introduite par le contribuable.
Dans le litige soumis au tribunal, le premier acte interruptif posé par l'administration fiscale a été le dépôt de ses premières conclusions au greffe le 22 février 2005 soit à un moment où le délai de prescription de cinq ans était largement écoulé.
L'administration fiscale considère que nonobstant l'entrée en vigueur de l'article 443ter CIR (qui confère un effet suspensif de la prescription à l'introduction d'une instance judiciaire ou d'une réclamation) au 10 janvier 2004, cette disposition aurait un effet rétroactif aux situations anciennes de par l'adoption de l'article 49 de la loi-programme du 9 juillet 2004.
Le tribunal est d'avis que cette dernière disposition n'a rien à voir avec l'article 443ter CIR puisqu'elle a trait à l'attribution d'un effet interruptif de la prescription aux commandements signifiés expressément dans ce but. Or, en l'espèce, l'administration fiscale a reconnu qu'il n'y a pas eu de commandements interruptifs signifiés à la demanderesse.
Le tribunal considère qu'une lecture conjointe des articles 410 CIR et 2251 du Code civil (C. civ.) n'a pu aboutir à une suspension de la prescription durant la contestation de l'imposition.
L'article 2251 C. civ. dispose que la prescription ne court pas à l'encontre des créanciers qu'une disposition légale empêche d'obtenir le paiement de leur créance.
Cette disposition empêche, selon le tribunal, que l'on puisse opposer la prescription à l'encontre de quelqu'un qui n'est pas capable d'agir. Or l'État n'est pas en état d'incapacité d'agir.
Pour le tribunal, le terme « agir » ne renvoie pas à l'idée d'obtenir le paiement de la créance, comme le soutient la Cour de cassation dans son arrêt du 22 septembre 2011 mais à l'idée d'agir dans le sens de la protection de ses droits c'est-à-dire en l'occurrence de provoquer l'interruption de la prescription.
Cette interprétation s'impose en présence d'une prescription portant sur un recouvrement.
Il ne s'agit pas pour l'État d'obtenir un titre (que l'État se crée lui-même) mais de le conserver. Dans ce contexte, la seule manière d'agir pour l'État créancier n'est pas seulement de poser un acte d'exécution mais aussi en tant que créancier avisé de veiller à l'interruption de la prescription de son droit.
Or dans ces hypothèses, l'État n'est pas non « valens » puisqu'en cas de réclamation, il est maître de la procédure et en cas de recours judiciaire, il lui suffit de déposer des conclusions pour interrompre la prescription.
Si nonobstant les moyens qui lui sont donnés d'interrompre la prescription, l'État n'y a pas veillé, c'est qu'il a fait preuve soit d'un manque de diligence (en cas de réclamation) soit d'un manque de vigilance (en cas de recours judiciaire).
Cher visiteur,
Cette page est resevée aux menbres de Jurisquare.
Veuillez vous connecter en cliquant sur le bouton 'Log in' ci-dessous, ou demander sans engagement une offre personnalisée en cliquant sur le bouton 'Abonner'. A partir de € 422,57(hors TVA) par an vous devenez déjà membre de Jurisquare et pouvez déjà accéder à la plus grande bibliothèque juridique digitale de Belgique!