- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 8
- Artikel
- Cass. (1e k.), 20 februari 2015, C.14.0219.N
Volume 2018 : 8
Voorwoord
Quo vadis Justitia ? De positie van justitie in de 21ste eeuw
Quo vadis Persmagistraat ? Communicatie van justitie naar de buitenwereld, naar de pers en naar het publiek : problemen en tekortkomingen
Cass. (2e k.), 14 oktober 2003, P.03.0762.N
Antigoon of het vredesbestand na een tachtigjarige jurisprudentiële oorlog m.b.t. het onrechtmatig verkregen bewijs
Cass. (3e k.), 14 oktober 2002, S.01.0173.N
[Faillietverklaring, voortzetting uitbating door de curator en ontslag beschermde werknemer] 15 jaar "Sociaal Recht" in RABG
Cass. (1e k.), 20 februari 2015, C.14.0219.N
Eindelijk houvast na een periode van verwarring inzake de peildatum voor de waardering van de aandelen in een geschillenregeling
Cass. (1e k.), 6 maart 2014, C.13.0362.N
“Dat niemand kan worden genoodzaakt om in onverdeeldheid te blijven” is niet altijd waar
Cass. (1e k.), 29 maart 2012, C.11.0472.N
De syntheseconclusie, niets dan de syntheseconclusie
GwH, 27 januari 2011, 8/2011
Oprichting Raad voor Vergunningsbetwistingen op grond van impliciete bevoegdheden : wat we zelf doen, doen we beter ?
Cass. (1e k.), 22 mei 2015, F.13.0077.N
Onrechtmatig bewijs wordt soms aanvaard en soms geweigerd
Gent, 26 maart 2012
Gepaste rechtsplegingsvergoeding is Europees recht
GwH, 3 februari 2011, nr. 21/2011, Rolnr.: 4936
Grondwettelijk Hof 3 februari 2011 over artikel 19bis-11, § 2 WAM : de doos van Pandora geopend
Nawoord
Actualia - Bewegingen
Voorwoord
Quo vadis Justitia ? De positie van justitie in de 21ste eeuw
Quo vadis Persmagistraat ? Communicatie van justitie naar de buitenwereld, naar de pers en naar het publiek : problemen en tekortkomingen
Cass. (2e k.), 14 oktober 2003, P.03.0762.N
Antigoon of het vredesbestand na een tachtigjarige jurisprudentiële oorlog m.b.t. het onrechtmatig verkregen bewijs
Cass. (3e k.), 14 oktober 2002, S.01.0173.N
[Faillietverklaring, voortzetting uitbating door de curator en ontslag beschermde werknemer] 15 jaar "Sociaal Recht" in RABG
Cass. (1e k.), 20 februari 2015, C.14.0219.N
Eindelijk houvast na een periode van verwarring inzake de peildatum voor de waardering van de aandelen in een geschillenregeling
Cass. (1e k.), 6 maart 2014, C.13.0362.N
“Dat niemand kan worden genoodzaakt om in onverdeeldheid te blijven” is niet altijd waar
Cass. (1e k.), 29 maart 2012, C.11.0472.N
De syntheseconclusie, niets dan de syntheseconclusie
GwH, 27 januari 2011, 8/2011
Oprichting Raad voor Vergunningsbetwistingen op grond van impliciete bevoegdheden : wat we zelf doen, doen we beter ?
Cass. (1e k.), 22 mei 2015, F.13.0077.N
Onrechtmatig bewijs wordt soms aanvaard en soms geweigerd
Gent, 26 maart 2012
Gepaste rechtsplegingsvergoeding is Europees recht
GwH, 3 februari 2011, nr. 21/2011, Rolnr.: 4936
Grondwettelijk Hof 3 februari 2011 over artikel 19bis-11, § 2 WAM : de doos van Pandora geopend
Nawoord
Actualia - Bewegingen
Jaar
2018
Volume
2018
Nummer
8
Pagina
685
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 20/02/2015
Referentie
S. CNUDDE, “Cass. (1e k.), 20 februari 2015, C.14.0219.N”, RABG 2018, nr. 8, 685-687
Samenvatting
Krachtens artikel 1401, 5° BW zijn lidmaatschapsrechten verbonden aan gemeenschappelijke aandelen op naam, eigen indien zij toebedeeld zijn aan of ingeschreven zijn op naam van één echtgenoot alleen. Deze bepaling bevat een eigendomsregeling van de lidmaatschapsrechten en geen loutere bestuursregeling. De ontbinding van het huwelijk heeft niet tot gevolg dat de kwalificatie als eigen goed wijzigt zodat de betrokken echtgenoot ook na de ontbinding van het huwelijk een vordering tot uittreding overeenkomstig de artikelen 340 en 341 W.Venn. kan instellen. De waarde van de aandelen bij uittreding moet, in beginsel, worden geraamd op het tijdstip waarop de rechter de overdracht ervan beveelt, aangezien het recht op betaling van de prijs van de aandelen ontstaat op het tijdstip van de eigendomsoverdracht. Bij die raming moet de rechter abstractie maken van zowel de omstandigheden die geleid hebben tot de vordering tot overname van de aandelen, als van het gedrag van de partijen ten gevolge van de vordering. Dit houdt in dat indien de rechter in concreto vaststelt dat deze omstandigheden of dit gedrag een invloed hebben gehad op de waarde van de aandelen op datum van overdracht, hij de invloed hiervan buiten beschouwing dient te laten. Te dien einde is het de rechter ook toegestaan als peildatum voor de waardering van de aandelen een ander tijdstip in aanmerking te nemen, zoals in casu het ogenblik waarop de verstoorde verstandhouding (ingevolge echtscheiding) tussen de vennoten (gewezen huwelijkspartners) is ontstaan.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!