- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 25
- Artikel
- Verjaring – Schuldvordering ten laste van een overheid – Wet Rijkscomptabiliteit – Verjaringstermijn van vijf jaar – Vordering tot terugbetaling van onverschuldigd bedrag – Dertig jaar – Termijn van dertig jaar door Grondwettelijk Hof ongrondwettig verklaard – Leemte in de wet – Taak van de rechter – Invulling door de rechter om aan ongrondwettigheid een einde te maken – Nieuwe verjaringstermijn van dezelfde duur als de oorspronkelijke verjaringstermijn
Volume 83 : 25
Nieuwjaarsresolutie voor de ECB: strijden tegen klimaatverandering?
Brengt de dood «bevrijding»? Over schulden en nalatenschappen
1. Vonnissen en arresten – Verbetering en uitlegging – Louter formele miskenning van de Wet Taalgebruik Gerechtszaken – 2. Taalgebruik gerechtszaken – Absolute nietigheid – Recht op een eerlijk proces – Bijzondere meerderheid – Gerechtelijk arrondissement Brussel
Overheidsopdrachten – Richtlijn 2014/24/EU – Berekening geraamde waarde overheidsopdracht – Geraamd totaalbedrag – Rekening houden met zowel bedragen die aanbestedende dienst aan potentiële inschrijver zal betalen als met alle inkomsten die deze inschrijver van derden zal verkrijgen
1. Onteigening – a) Bevoegdheid van de Gemeenschaps- en Gewestregering – Machtiging om publiekrechtelijke rechtspersonen toe te staan om tot onteigening over te gaan – Gemeentedecreet – Machtiging door Vlaamse Regering om autonoom gemeentebedrijf toe te staan om tot onteigening over te gaan – b) Onmiddellijke inbezitneming – Vereiste van hoogdringendheid – Controle door de rechter – 2. Bestuurshandeling – Wet Motivering Bestuurshandelingen – Motivering die uit andere stukken blijkt – Vereiste om aan deze wet te voldoen – Overname door de beslissende overheid
Verjaring – Schuldvordering ten laste van een overheid – Wet Rijkscomptabiliteit – Verjaringstermijn van vijf jaar – Vordering tot terugbetaling van onverschuldigd bedrag – Dertig jaar – Termijn van dertig jaar door Grondwettelijk Hof ongrondwettig verklaard – Leemte in de wet – Taak van de rechter – Invulling door de rechter om aan ongrondwettigheid een einde te maken – Nieuwe verjaringstermijn van dezelfde duur als de oorspronkelijke verjaringstermijn
Lastgeving – Aansprakelijkheid lasthebber – Professionele lasthebber – Criterium van de normaal zorgvuldige en omzichtige lasthebber die in dezelfde omstandigheden verkeert – Uitvoering van lastgeving door vastgoedmakelaar die hem in die hoedanigheid werd toevertrouwd
Raad van State – a) Belang – Beroep tot nietigverklaring – Evolutie in de loop van de procedure naar een belang bij het onwettig horen verklaren van de bestreden beslissing – Onvoldoende – b) Schadevergoeding – Voorwaarde – Vaststelling van onwettigheid in beroep tot nietigverklaring – Verlies van belang bij nietigverklaring – In de loop van de annulatieprocedure geen vordering tot schadevergoeding ingesteld – Gevolg
Ruimtelijke ordening – Herstelvordering – Decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten – Marginaal toetsingsrecht van de rechter – Bestuurlijke overheid die op de hoogte is van een molen – Eigenaars die bejaarde mensen zijn met een beperkt inkomen – Financiële onmogelijkheid om restauratie te bekostigen – Vordering kennelijk onredelijk
1. Onteigening – Vergoeding – Omvang – Bedrag dat de onteigende nodig heeft om zich een gelijkwaardig goed aan te schaffen als het onteigende goed – Tijdstip waardebepaling – Datum van het vonnis waarbij de provisionele vergoeding wordt vastgesteld – Tijdstip raming van de billijke vergoeding – Datum van de uitspraak – 2. Erfdienstbaarheid – Van openbaar nut – In principe geen recht op vergoeding – Recht van overgang over een privédomein – Erfdienstbaarheid van openbaar nut – Voorwaarden
Europese Unie – Overgang van onderneming – Richtlijn 2001/23/EG – Behoud van de rechten van de werknemers – Uitzonderingen – Insolventieprocedure – Procedure van gerechtelijke reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag – Behoud van het geheel of een gedeelte van de onderneming – Nationale wettelijke regeling op grond waarvan de verkrijger, na de overgang, de werknemers van zijn keuze kan overnemen
Europese Unie – Mededinging – Schending van art. 101 VWEU – Prejudiciële vraag – Interactie tussen publieke en private handhaving – Begrip «onderneming» – Beginsel van economische continuïteit – Mogelijkheden om schadevergoeding te verkrijgen – Aansprakelijkheid overnemende vennootschap
Opvallend maar niet tastbaar
Nieuwjaarsresolutie voor de ECB: strijden tegen klimaatverandering?
Brengt de dood «bevrijding»? Over schulden en nalatenschappen
1. Vonnissen en arresten – Verbetering en uitlegging – Louter formele miskenning van de Wet Taalgebruik Gerechtszaken – 2. Taalgebruik gerechtszaken – Absolute nietigheid – Recht op een eerlijk proces – Bijzondere meerderheid – Gerechtelijk arrondissement Brussel
Overheidsopdrachten – Richtlijn 2014/24/EU – Berekening geraamde waarde overheidsopdracht – Geraamd totaalbedrag – Rekening houden met zowel bedragen die aanbestedende dienst aan potentiële inschrijver zal betalen als met alle inkomsten die deze inschrijver van derden zal verkrijgen
1. Onteigening – a) Bevoegdheid van de Gemeenschaps- en Gewestregering – Machtiging om publiekrechtelijke rechtspersonen toe te staan om tot onteigening over te gaan – Gemeentedecreet – Machtiging door Vlaamse Regering om autonoom gemeentebedrijf toe te staan om tot onteigening over te gaan – b) Onmiddellijke inbezitneming – Vereiste van hoogdringendheid – Controle door de rechter – 2. Bestuurshandeling – Wet Motivering Bestuurshandelingen – Motivering die uit andere stukken blijkt – Vereiste om aan deze wet te voldoen – Overname door de beslissende overheid
Verjaring – Schuldvordering ten laste van een overheid – Wet Rijkscomptabiliteit – Verjaringstermijn van vijf jaar – Vordering tot terugbetaling van onverschuldigd bedrag – Dertig jaar – Termijn van dertig jaar door Grondwettelijk Hof ongrondwettig verklaard – Leemte in de wet – Taak van de rechter – Invulling door de rechter om aan ongrondwettigheid een einde te maken – Nieuwe verjaringstermijn van dezelfde duur als de oorspronkelijke verjaringstermijn
Lastgeving – Aansprakelijkheid lasthebber – Professionele lasthebber – Criterium van de normaal zorgvuldige en omzichtige lasthebber die in dezelfde omstandigheden verkeert – Uitvoering van lastgeving door vastgoedmakelaar die hem in die hoedanigheid werd toevertrouwd
Raad van State – a) Belang – Beroep tot nietigverklaring – Evolutie in de loop van de procedure naar een belang bij het onwettig horen verklaren van de bestreden beslissing – Onvoldoende – b) Schadevergoeding – Voorwaarde – Vaststelling van onwettigheid in beroep tot nietigverklaring – Verlies van belang bij nietigverklaring – In de loop van de annulatieprocedure geen vordering tot schadevergoeding ingesteld – Gevolg
Ruimtelijke ordening – Herstelvordering – Decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten – Marginaal toetsingsrecht van de rechter – Bestuurlijke overheid die op de hoogte is van een molen – Eigenaars die bejaarde mensen zijn met een beperkt inkomen – Financiële onmogelijkheid om restauratie te bekostigen – Vordering kennelijk onredelijk
1. Onteigening – Vergoeding – Omvang – Bedrag dat de onteigende nodig heeft om zich een gelijkwaardig goed aan te schaffen als het onteigende goed – Tijdstip waardebepaling – Datum van het vonnis waarbij de provisionele vergoeding wordt vastgesteld – Tijdstip raming van de billijke vergoeding – Datum van de uitspraak – 2. Erfdienstbaarheid – Van openbaar nut – In principe geen recht op vergoeding – Recht van overgang over een privédomein – Erfdienstbaarheid van openbaar nut – Voorwaarden
Europese Unie – Overgang van onderneming – Richtlijn 2001/23/EG – Behoud van de rechten van de werknemers – Uitzonderingen – Insolventieprocedure – Procedure van gerechtelijke reorganisatie door overdracht onder gerechtelijk gezag – Behoud van het geheel of een gedeelte van de onderneming – Nationale wettelijke regeling op grond waarvan de verkrijger, na de overgang, de werknemers van zijn keuze kan overnemen
Europese Unie – Mededinging – Schending van art. 101 VWEU – Prejudiciële vraag – Interactie tussen publieke en private handhaving – Begrip «onderneming» – Beginsel van economische continuïteit – Mogelijkheden om schadevergoeding te verkrijgen – Aansprakelijkheid overnemende vennootschap
Opvallend maar niet tastbaar
Jaar
2019
Volume
83
Nummer
25
Pagina
978
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 10/01/2019
Referentie
“Verjaring – Schuldvordering ten laste van een overheid – Wet Rijkscomptabiliteit – Verjaringstermijn van vijf jaar – Vordering tot terugbetaling van onverschuldigd bedrag – Dertig jaar – Termijn van dertig jaar door Grondwettelijk Hof ongrondwettig verklaard – Leemte in de wet – Taak van de rechter – Invulling door de rechter om aan ongrondwettigheid een einde te maken – Nieuwe verjaringstermijn van dezelfde duur als de oorspronkelijke verjaringstermijn”, RWE 2019-20, nr. 25, 978
Samenvatting
Luidens art. 106, § 1, eerste lid Wet Rijkscomptabiliteit zijn inzake wedden, voorschotten daarop en vergoedingen of uitkeringen die een toebehoren van de wedden vormen of ermee gelijkstaan, de door de Staat ten onrechte uitbetaalde sommen voorgoed vervallen aan degenen die ze hebben ontvangen, als de terugbetaling ervan niet gevraagd is binnen een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de eerste januari van het jaar van de betaling. Art. 106, § 2, eerste lid Wet Rijkscomptabiliteit bepaalt dat de aanvraag tot terugbetaling, om geldig te zijn, ter kennis van de schuldenaar gebracht moet worden bij een per post aangetekende brief met vermelding van 1° het totale bedrag van de teruggevorderde som, met per jaar de opgave van de ten onrechte uitgevoerde betalingen en 2° de bepalingen in strijd waarmee de betalingen zijn gedaan. Art. 106, § 2, tweede lid Wet Rijkscomptabiliteit bepaalt dat het onverschuldigde bedrag, te rekenen vanaf de afgifte van de aangetekende brief, gedurende dertig jaar kan worden teruggevorderd.
De rechter moet elke leemte in de wet invullen waarvan het Grondwettelijk Hof de ongrondwettigheid heeft vastgesteld, evenals elke leemte die voortvloeit uit het feit dat een wetsbepaling als ongrondwettig wordt aangemerkt, als hij die in het kader van de bestaande wetsbepalingen kan verhelpen teneinde de wet in overeenstemming te brengen met artt. 10 en 11 Gw.
Aangezien het Grondwettelijk Hof in zijn arrest nr. 88/2011 van 18 mei 2011 heeft beslist dat art. 106, § 2 Wet Rijkscomptabiliteit de artt. 10 en 11 Gw. schendt in zoverre het bepaalt dat het onverschuldigde bedrag gedurende dertig jaar kan worden teruggevorderd, doet de in die bepaling bedoelde verjaringsstuitende daad een nieuwe verjaringstermijn ingaan van dezelfde duur als de oorspronkelijke termijn bepaald in art. 106, § 1 Wet Rijkscomptabiliteit, namelijk vijf jaar.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!