- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 338
- Artikel
- Bases forfaitaires de taxation – Détermination des modalités par le Roi – Pas de violation du principe de légalité – Pas de violation du principe d'égalité
Volume 2008 : 338
Provision pour assurances-vie – Probabilité des pertes – Méthodes de calcul – Réserve mathématique – Pas de surestimation du passif – Avantages anormaux et bénévoles – Remise de créance – Montant de l'avantage – Accord du passé
Compétence du tribunal
Application illégale de l'exonération – Principe de confiance – Nullité de la contrainte
Taxes locales et régionales – Taxe sur la diffusion des imprimés non-adressés – Imposition établie d"office – Etablie de manière arbitraire
Vruchtgebruik: een concept met fiscale valkuilen – Stand van zaken inzake inkomstenbelastingen
Over een misvatting van woorden en “substance over form”: het arrest “Zimmer”
Déduction RDT – Imputation du précompte mobilier – Notion de revenu mobilier
De problematiek van personele versus zakelijke rechten op dividenden
Moyens de preuve – Disposition anti-abus – Achat de l'usufruit d'un bien immobilier par la société et la nue-propriété par les actionnaires – Requalification en achat et loyer payé de manière anticipée
Toepassing van artikel 344 § 1 WIB 1992: vervanging van één kwalificatie door een andere mits gelijksoortige gevolgen
Bases forfaitaires de taxation – Détermination des modalités par le Roi – Pas de violation du principe de légalité – Pas de violation du principe d'égalité
De forfaitaire grondslag van aanslag inzake BTW getoetst aan het fiscaal legaliteitsbeginsel: schending of niet?
Clause d'accroissement – Bien ne faisant pas partie de la succession – Pas de droits de succession
Het onroerend goed en het beding van aanwas: het fiscaal kostenplaatje versus de burgerrechtelijke zekerheid
Article 5 de la Convention modèle OCDE
Provision pour assurances-vie – Probabilité des pertes – Méthodes de calcul – Réserve mathématique – Pas de surestimation du passif – Avantages anormaux et bénévoles – Remise de créance – Montant de l'avantage – Accord du passé
Compétence du tribunal
Application illégale de l'exonération – Principe de confiance – Nullité de la contrainte
Taxes locales et régionales – Taxe sur la diffusion des imprimés non-adressés – Imposition établie d"office – Etablie de manière arbitraire
Vruchtgebruik: een concept met fiscale valkuilen – Stand van zaken inzake inkomstenbelastingen
Over een misvatting van woorden en “substance over form”: het arrest “Zimmer”
Déduction RDT – Imputation du précompte mobilier – Notion de revenu mobilier
De problematiek van personele versus zakelijke rechten op dividenden
Moyens de preuve – Disposition anti-abus – Achat de l'usufruit d'un bien immobilier par la société et la nue-propriété par les actionnaires – Requalification en achat et loyer payé de manière anticipée
Toepassing van artikel 344 § 1 WIB 1992: vervanging van één kwalificatie door een andere mits gelijksoortige gevolgen
Bases forfaitaires de taxation – Détermination des modalités par le Roi – Pas de violation du principe de légalité – Pas de violation du principe d'égalité
De forfaitaire grondslag van aanslag inzake BTW getoetst aan het fiscaal legaliteitsbeginsel: schending of niet?
Clause d'accroissement – Bien ne faisant pas partie de la succession – Pas de droits de succession
Het onroerend goed en het beding van aanwas: het fiscaal kostenplaatje versus de burgerrechtelijke zekerheid
Article 5 de la Convention modèle OCDE
Jaar
2008
Volume
2008
Nummer
338
Pagina
309
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Grondwettelijk Hof - Cour Constitutionnelle - Arbitragehof - Cour d'Arbitrage, 17/10/2007
Referentie
E. VAN DE VELDE, “Bases forfaitaires de taxation – Détermination des modalités par le Roi – Pas de violation du principe de légalité – Pas de violation du principe d'égalité”, TFR 2008, nr. 338, 309-322
Samenvatting
Het legaliteitsbeginsel van artikel 170 § 1 en 172, tweede lid van de Grondwet impliceert niet dat de wetgever elk aspect van een belasting of van een vrijstelling zelf moet regelen. Dit beginsel is niet geschonden wanneer de machtiging die aan de Koning wordt verleend voldoende nauwkeurig is omschreven en voor zover de essentiële elementen voorafgaandelijk door de wetgever zijn vastgesteld. Dit is het geval voor wat betreft artikel 56 § 1 W. BTW, dat aan de Koning de bevoegdheid toekent om de modaliteiten te bepalen volgens welke de administratie de forfaitaire grondslag van aanslag vaststelt in overeenstemming met het in de wet vervatte beginsel van het forfait.
Artikel 56 § 1 W. BTW is ook niet discriminerend ten aanzien van artikel 342 WIB vermits die bepaling een volkomen andere situatie regelt.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!