Volume 2014 : 4
EDITORIAAL. De blijvende actualiteit van het goeddeels vergeten art. 24, § 3, 2de lid Gw.
... En nog maar eens het inschrijvingsrecht!
De keuze voor levensbeschouwelijk onderricht in officiële scholen in de Franse Gemeenschap beoordeeld door het Grondwettelijk Hof.
De pedagogische begeleidingsdiensten: van het ontstaan tot de evaluatie van 25 jaar uitbouw en werking.
Internationale ontwikkelingen in kwaliteitszorg (2005-2015).
Dualisering, onderwijs en welvaartsstaat.
Nood aan een nieuwe democratiseringsgolf. De transitie naar superdiversiteit als uitdaging voor hoger onderwijs.
De lange weg van de niet-confessionele zedenleer. Overwegingen bij het arrest van het Grondwettelijk Hof nr. 34/2015 van 12 maart 2015.
Onderwijsongelijkheid evidence-based aanpakken: eentalige taalremediëring of meertalige taalvalorisering?
Afstemming tussen het secundair onderwijs en de arbeidsmarkt.
RECHTSPRAAKOVERZICHT (TORB 2014-15, nr. 4).
EDITORIAAL. De blijvende actualiteit van het goeddeels vergeten art. 24, § 3, 2de lid Gw.
... En nog maar eens het inschrijvingsrecht!
De keuze voor levensbeschouwelijk onderricht in officiële scholen in de Franse Gemeenschap beoordeeld door het Grondwettelijk Hof.
De pedagogische begeleidingsdiensten: van het ontstaan tot de evaluatie van 25 jaar uitbouw en werking.
Internationale ontwikkelingen in kwaliteitszorg (2005-2015).
Dualisering, onderwijs en welvaartsstaat.
Nood aan een nieuwe democratiseringsgolf. De transitie naar superdiversiteit als uitdaging voor hoger onderwijs.
De lange weg van de niet-confessionele zedenleer. Overwegingen bij het arrest van het Grondwettelijk Hof nr. 34/2015 van 12 maart 2015.
Onderwijsongelijkheid evidence-based aanpakken: eentalige taalremediëring of meertalige taalvalorisering?
Afstemming tussen het secundair onderwijs en de arbeidsmarkt.
RECHTSPRAAKOVERZICHT (TORB 2014-15, nr. 4).
Année
2014
Volume
2014
Numéro
4
Page
78
Langue
Néerlandais
Juridiction
Référence
R. VERSTEGEN, “De lange weg van de niet-confessionele zedenleer. Overwegingen bij het arrest van het Grondwettelijk Hof nr. 34/2015 van 12 maart 2015.”, T.O.R.B. 2014-15, nr. 4, 78-84
Résumé
Het vak niet-confessionele zedenleer werd ontworpen als alternatief voor leerlingen die geen godsdienst wensten te volgen. De vrijzinnige gemeenschap is een drijvende kracht geweest voor de ontwikkeling van het vak. De Schoolpactwet maakte er een verplicht alternatief van voor wie niet voor godsdienst kiest. Dat betekent dat het vak niet anders dan een levensbeschouwelijk neutraal vak kon zijn. De Raad van State oordeelde dat de leerling een recht op vrijstelling heeft als blijkt dat het neutrale karakter niet gewaarborgd is. Deze rechtspraak over het recht op vrijstelling heeft meegebracht dat bij de grondwetsherziening van 1988 er wel een verplicht aanbod in de Grondwet werd ingeschreven maar geen verplichte keuze. Na de erkenning van de niet-confessionele levensbeschouwing werd het vak onder de verantwoordelijkheid gebracht van de organen van deze gemeenschap. De vanzelfsprekendheid waarmee dit gebeurde is enkel te begrijpen vanuit de feitelijke zeggenschap die de vrijzinnige gemeenschap voorheen over dit vak had behouden. Uit de erkenning als formeel geëngageerd alternatief volgt enerzijds een onvoorwaardelijk recht op vrijstelling. Anderzijds ontstaat een leemte in het aanbod waar het levensbeschouwelijk neutraal alternatief wegvalt. Rond deze vakken wordt een levendig debat gevoerd, waarin neutraliteit en pluralistische benadering een belangrijk onderdeel uitmaken.
Cher visiteur,
Cette page est resevée aux menbres de Jurisquare.
Veuillez vous connecter en cliquant sur le bouton 'Log in' ci-dessous, ou demander sans engagement une offre personnalisée en cliquant sur le bouton 'Abonner'. A partir de € 422,57(hors TVA) par an vous devenez déjà membre de Jurisquare et pouvez déjà accéder à la plus grande bibliothèque juridique digitale de Belgique!