- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 2
- Artikel
- Beroepsziekte, causaliteitsonzekerheid. Vermoeden causaal verband, omkeringsregel, proportionele aansprakelijkheid.
Volume 2013 : 2
Davelaar/Allspan (vervolg) en Ritsma/Lansink
Smartengeld voor een comateus slachtoffer, een belangwekkend vonnis
IJsselsteinse carnavalsmoord. Veroordeling tot 10 jaar, schadevergoedingsmaatregel van € 102.529,95 ten behoeve van de benadeelde partijen.
Ziektekostenverzekeraar dient de in casu in het buitenland toegepaste operatietechniek te vergoeden, ondanks zijn strijdig oordeel.
Comateus slachtoffer heeft recht op smartengeld. Gordelkorting.
Medische beroepsfout gynaecoloog door geen CTG te doen na epidurale anesthesie. Omkeringsregel.
Proportionele aansprakelijkheid. Kernarrest.
Beroepsziekte, causaliteitsonzekerheid. Vermoeden causaal verband, omkeringsregel, proportionele aansprakelijkheid.
Zelfstandige ondernemer valt in casu onder art. 7:658 lid 4 BW. Zorgplicht opdrachtgever.
Inzage door nabestaanden van dossier van dementerende vader.
Art. 7:658 BW. Vuilnisophaalbedrijf dient speciale veiligheidsschoenen tegen gladheid te verstrekken.
Voorlopig getuigenverhoor en verjaring.
Uitsprakenoverzicht
Davelaar/Allspan (vervolg) en Ritsma/Lansink
Smartengeld voor een comateus slachtoffer, een belangwekkend vonnis
IJsselsteinse carnavalsmoord. Veroordeling tot 10 jaar, schadevergoedingsmaatregel van € 102.529,95 ten behoeve van de benadeelde partijen.
Ziektekostenverzekeraar dient de in casu in het buitenland toegepaste operatietechniek te vergoeden, ondanks zijn strijdig oordeel.
Comateus slachtoffer heeft recht op smartengeld. Gordelkorting.
Medische beroepsfout gynaecoloog door geen CTG te doen na epidurale anesthesie. Omkeringsregel.
Proportionele aansprakelijkheid. Kernarrest.
Beroepsziekte, causaliteitsonzekerheid. Vermoeden causaal verband, omkeringsregel, proportionele aansprakelijkheid.
Zelfstandige ondernemer valt in casu onder art. 7:658 lid 4 BW. Zorgplicht opdrachtgever.
Inzage door nabestaanden van dossier van dementerende vader.
Art. 7:658 BW. Vuilnisophaalbedrijf dient speciale veiligheidsschoenen tegen gladheid te verstrekken.
Voorlopig getuigenverhoor en verjaring.
Uitsprakenoverzicht
Jaar
2013
Volume
2013
Nummer
2
Pagina
54
Taal
Nederlands
Rechtscollege
07/06/2013
Referentie
“Beroepsziekte, causaliteitsonzekerheid. Vermoeden causaal verband, omkeringsregel, proportionele aansprakelijkheid.”, LenS 2013, nr. 2, 54-59
Samenvatting
Cassatie van Hof Arnhem z.p. Leeuwarden 27 maart 2012, LJN BW0025, L&S 2012/186 (afl. 2). 1. Causaal verband. Wanneer een werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden is blootgesteld aan voor de gezondheid gevaarlijke omstandigheden en schade aan zijn gezondheid heeft opgelopen, moet het door de werknemer te bewijzen oorzakelijk verband tussen de werkzaamheden en die schade in beginsel worden aangenomen indien de werkgever heeft nagelaten de maatregelen te treffen die redelijkerwijs nodig zijn om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden dergelijke schade lijdt. Voor de toepassing van deze regel is nodig dat de werknemer niet alleen stelt en zo nodig bewijst dat hij zijn werkzaamheden heeft moeten verrichten onder omstandigheden die schadelijk kunnen zijn voor zijn gezondheid, maar ook dat hij stelt en zo nodig aannemelijk maakt dat hij lijdt aan gezondheidsklachten die daardoor kunnen zijn veroorzaakt. Deze regel vloeit voort uit de arresten Unilever/Dikmans, Havermans/Luyckx, en Landskroon/BAM. Het hof heeft aan deze arresten een onjuiste uitleg gegeven door te oordelen dat voor het antwoord op de vraag of de gezondheidsklachten van de werknemer kunnen zijn veroorzaakt door de blootstelling aan gevaarlijke stoffen rechtens geen ondergrens bestaat en dat de grootte van die kans daarvoor niet van belang is. De regel die voortvloeit uit bovenvermelde arresten drukt het vermoeden uit dat de gezondheidsschade van de werknemer is veroorzaakt door de omstandigheden waarin deze zijn werkzaamheden heeft verricht. Dat vermoeden wordt gerechtvaardigd door hetgeen in het algemeen bekend is omtrent de ziekte en haar oorzaken, alsook door de schending door de werkgever van de veiligheidsnorm die beoogt een en ander te voorkomen. Voor dit vermoeden is geen plaats in het geval het verband tussen de gezondheidsschade en de arbeidsomstandigheden te onzeker of te onbepaald is. Het bestreden oordeel kan daarom niet in stand blijven. 2. Zorgplicht. Het hof heeft met juistheid geoordeeld dat het enkele feit dat tot 1990 het gevaar van kanker door blootstelling aan verf en oplosmiddelen niet kenbaar was, nog niet doorslaggevend is. Maar zijn oordeel dat uit de aangehaalde vakliteratuur en het Publicatieblad P-139 volgt dat de werkgever bekend behoorde te zijn met “de gevaren verbonden aan de blootstelling aan gevaarlijke stoffen”, en dat de werkgever op die grond maatregelen had moeten treffen dan wel instructies had moeten geven die hadden bijgedragen tot de beperking van die gevaren, is, gezien de gemotiveerde bestrijding door de werkgever, zonder nadere toelichting onbegrijpelijk. Het hof heeft – in het licht van de door de werkgever aangevoerde omstandigheden – nagelaten te vermelden welke zorgplicht de werkgever naar zijn oordeel heeft geschonden en welke maatregelen zij had moeten nemen, of welke instructies zij had moeten geven, en het heeft aldus zijn oordeel onvoldoende gemotiveerd. 3. Proportionele aansprakelijkheid. Er is aanleiding tot toepassing van proportionele aansprakelijkheid als niet kan worden vastgesteld of de schade is veroorzaakt door een normschending van de aansprakelijk gestelde persoon, dan wel door een oorzaak die voor risico van de benadeelde zelf komt (of door een combinatie van beide oorzaken), en waarin de kans dat de schade door de normschending is veroorzaakt zeer klein noch zeer groot is. Onder een oorzaak die voor risico van de benadeelde zelf komt wordt in een geval als dit verstaan een buiten de uitoefening van de werkzaamheden gelegen omstandigheid die aan de werknemer moet worden toegerekend, zoals roken, genetische aanleg, veroudering of van buiten komende oorzaken. Die laatste drie omstandigheden kunnen de werknemer niet worden verweten, maar komen in de verhouding tot de werkgever voor zijn risico. Volgt vernietiging van het hofarrest en verwijzing naar het Hof Den Bosch.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!