- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 9
- Artikel
- Hof van Cassatie (1e k.), 02/10/2020, C.19.0085.N
Volume 2020 : 9
To b2b or not to b2b: impact op de verzekeringssector van de nieuwe bepalingen inzake onrechtmatige bedingen
L'assurance obligatoire dans le domaine de la construction après les lois du 31 mai 2017 et du 9 mai 2019
Cour de justice de l'Union européenne (6e ch.), 27/02/2020, C-803/18
Assurance « grands risques »: les limites à l'opposabilité de la clause attributive de juridiction à l'assuré non-souscripteur
Cour de justice de l'Union européenne (3e ch.), 14/05/2020, C-667/18
Libre choix par l'assuré d'une personne ayant les qualifications admises par la loi nationale pour l'assister dans le cadre d'une médiation
Cour de justice de l'Union européenne (Gde ch.), 11/06/2020, C-581/18
L'affaire des implants PIP revient devant la Cour de Luxembourg: encore un coup d'épée dans l'eau
Hof van Cassatie (1e k.), 24/02/2017, C.16.0243.N
Het subrogatoir verhaalsrecht van een (ABR-)verzekeraar tegen “aansprakelijke derden-verzekerden”: een toepassing van de regels inzake subrogatie
Hof van Cassatie (2e k.), 25/02/2020, P.19.1121.N
Dekking in de tijd in de aansprakelijkheidsverzekering: een bevalling voor het begrip “voorvallen van schade”?
Hof van Cassatie (1e k.), 02/10/2020, C.19.0085.N
La protection des créances d'assurance organisée par les patrimoines spéciaux de l'entreprise d'assurance
Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/03/2018, 2014/AR/2743
Noot onder Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/03/2018, 2014/AR/2743
Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/11/2018, 2014/AR/1639
Cour d'appel Bruxelles, 07/11/2019, 2018/AR/855
Le statut de la réserve de vieillissement en assurance maladie non liée à l'activité professionnelle et son impact sur les droits des assurés/preneurs d'assurances
Hof van beroep Brussel, 05/03/2020, 2015/AR/1810
Begrip “materiële beschadiging” in de ABR-verzekering
To b2b or not to b2b: impact op de verzekeringssector van de nieuwe bepalingen inzake onrechtmatige bedingen
L'assurance obligatoire dans le domaine de la construction après les lois du 31 mai 2017 et du 9 mai 2019
Cour de justice de l'Union européenne (6e ch.), 27/02/2020, C-803/18
Assurance « grands risques »: les limites à l'opposabilité de la clause attributive de juridiction à l'assuré non-souscripteur
Cour de justice de l'Union européenne (3e ch.), 14/05/2020, C-667/18
Libre choix par l'assuré d'une personne ayant les qualifications admises par la loi nationale pour l'assister dans le cadre d'une médiation
Cour de justice de l'Union européenne (Gde ch.), 11/06/2020, C-581/18
L'affaire des implants PIP revient devant la Cour de Luxembourg: encore un coup d'épée dans l'eau
Hof van Cassatie (1e k.), 24/02/2017, C.16.0243.N
Het subrogatoir verhaalsrecht van een (ABR-)verzekeraar tegen “aansprakelijke derden-verzekerden”: een toepassing van de regels inzake subrogatie
Hof van Cassatie (2e k.), 25/02/2020, P.19.1121.N
Dekking in de tijd in de aansprakelijkheidsverzekering: een bevalling voor het begrip “voorvallen van schade”?
Hof van Cassatie (1e k.), 02/10/2020, C.19.0085.N
La protection des créances d'assurance organisée par les patrimoines spéciaux de l'entreprise d'assurance
Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/03/2018, 2014/AR/2743
Noot onder Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/03/2018, 2014/AR/2743
Hof van beroep Brussel (5e k.), 22/11/2018, 2014/AR/1639
Cour d'appel Bruxelles, 07/11/2019, 2018/AR/855
Le statut de la réserve de vieillissement en assurance maladie non liée à l'activité professionnelle et son impact sur les droits des assurés/preneurs d'assurances
Hof van beroep Brussel, 05/03/2020, 2015/AR/1810
Begrip “materiële beschadiging” in de ABR-verzekering
Jaar
2020
Volume
2020
Nummer
9
Pagina
1193
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 02/10/2020
Referentie
“Hof van Cassatie (1e k.), 02/10/2020, C.19.0085.N”, RDC-TBH 2020, nr. 9, 1193-1195
Samenvatting
De inschrijving van de bankrekening in de doorlopende inventaris heeft tot gevolg dat de gelden die zich op deze rekening bevonden op eender welk ogenblik tot het bijzonder vermogen behoorden en dat gelet op het absolute voorrecht van de verzekerden en de begunstigden op dit bijzonder vermogen, voorrecht dat van openbare orde is en waaraan geen afbreuk kan worden gedaan. De kredietinstelling niet gerechtigd was om op basis van contractuele bepalingen in haar algemeen reglement der verrichtingen en algemene kredietvoorwaarden, waarin een nettingbeding in haar voordeel was opgenomen, over te gaan tot compensatie tussen de tegoeden op die bankrekening en het bedrag van haar schuldvordering voortspruitende uit een krediet waarvoor de verzekeringsonderneming haar een hypotheek in eerste rang had toegestaan.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!