- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 3
- Artikel
- Cass. (2e k.) AR P.21.1303.N, 1 maart 2022 (S E J / I R B S, M A, T H)
Volume 2022 : 3
De fiscus voor de strafrechter: de traditionele burgerlijke partijstelling versus de kersverse zelfstandige vordering
EHRM (3e afd.) nr. 40419/19, 14 september 2021 (Volodina / Rusland (Nr. 2))
Cour eur. D.H. (3e sect.) n° 40419/19, 14 septembre 2021 (Volodina / Russie (N° 2))
Grondwettelijk Hof nr. 15/2022, 3 februari 2022 (prejudiciële vraag)
Afwezigheid KI-controle bij langdurig opsporingsonderzoek ongrondwettig: nieuwe stap richting eengemaakt vooronderzoek?
Cass. (2e k.) AR P.21.0471.N, 1 juni 2021 (A. S. S.)
Het grievenstelsel buitenspel bij het hoger beroep tegen een vonnis dat een verzet ongedaan verklaart
Cass. (2e k.) AR P.21.0654.N, 28 september 2021 (H D L, B R, R D L, e.a. / J D, P D, G F, e.a.)
Burgerlijke partij kan geen hoger beroep aantekenen tegen een beslissing tot niet-uithandengeving van een minderjarige delictpleger
Cass. (2e k.) AR P.21.0859.N, 5 oktober 2021 (J L D / S L)
Misbruik van intieme beelden online: Straatsburg en Cassatie verduidelijken
Cass. (2e k.) AR P.21.1353.N, 25 januari 2022 (R.-M. N.; F. P. / A&B KALMTHOUT bv, ASJW bv, A&B STABROEK bv, e.a.)
Het gebruik van communicatiegegevens bewaard op basis van de vernietigde dataretentiewet: Cassatie schijnt zijn licht
Cass. (2e k.) AR P.21.1527.N, 8 februari 2022 (C J M G)
Cass. (2e k.) AR P.21.1677.N, 8 februari 2022 (M V L)
Cass. (2e k.) AR P.21.1418.N, 15 februari 2022 (P A J P / M J, A B)
Het niet-horen van een getuige à charge met wiens verklaring de rechter geen rekening houdt
Cass. (2e k.) AR P.21.1303.N, 1 maart 2022 (S E J / I R B S, M A, T H)
Cass. (2e k.) AR P.21.1454.N, 8 maart 2022 (F. K. S. D. B.; MEVACO-BOUWBEDRIJF nv)
Opschorting en verbeurdverklaring [Art. 6 Probatiewet]
Cass. AR P.21.1505.N, 8 maart 2022 (F.B.)
[Straftoemeting] De rechter moet kiezen tussen de verschillende soorten sancties
Cass. (2e k.) AR P.22.0274.N, 8 maart 2022 (P. G. W. J. S.)
Cass. (2e k.) AR P.21.1649.N, 15 maart 2022 (M M L / S A, POLITIEZONE MALDEGEM, S I)
Cass. (2e k.) AR P.21.1422.N, 29 maart 2022 (M B; S B; J K)
Cass. (2e k.) AR P.22.0078.N, 29 maart 2022 (B C; H X; E P)
Cass. (2e k.) AR P.21.1380.N, 5 april 2022 (E. A. J. D. V.)
Leeftijd als persoonlijkheidskenmerk bij de straftoemeting
Corr. Antwerpen (afd. Antwerpen) nr. 2022/1439, 11 maart 2022
De fiscus voor de strafrechter: de traditionele burgerlijke partijstelling versus de kersverse zelfstandige vordering
EHRM (3e afd.) nr. 40419/19, 14 september 2021 (Volodina / Rusland (Nr. 2))
Cour eur. D.H. (3e sect.) n° 40419/19, 14 septembre 2021 (Volodina / Russie (N° 2))
Grondwettelijk Hof nr. 15/2022, 3 februari 2022 (prejudiciële vraag)
Afwezigheid KI-controle bij langdurig opsporingsonderzoek ongrondwettig: nieuwe stap richting eengemaakt vooronderzoek?
Cass. (2e k.) AR P.21.0471.N, 1 juni 2021 (A. S. S.)
Het grievenstelsel buitenspel bij het hoger beroep tegen een vonnis dat een verzet ongedaan verklaart
Cass. (2e k.) AR P.21.0654.N, 28 september 2021 (H D L, B R, R D L, e.a. / J D, P D, G F, e.a.)
Burgerlijke partij kan geen hoger beroep aantekenen tegen een beslissing tot niet-uithandengeving van een minderjarige delictpleger
Cass. (2e k.) AR P.21.0859.N, 5 oktober 2021 (J L D / S L)
Misbruik van intieme beelden online: Straatsburg en Cassatie verduidelijken
Cass. (2e k.) AR P.21.1353.N, 25 januari 2022 (R.-M. N.; F. P. / A&B KALMTHOUT bv, ASJW bv, A&B STABROEK bv, e.a.)
Het gebruik van communicatiegegevens bewaard op basis van de vernietigde dataretentiewet: Cassatie schijnt zijn licht
Cass. (2e k.) AR P.21.1527.N, 8 februari 2022 (C J M G)
Cass. (2e k.) AR P.21.1677.N, 8 februari 2022 (M V L)
Cass. (2e k.) AR P.21.1418.N, 15 februari 2022 (P A J P / M J, A B)
Het niet-horen van een getuige à charge met wiens verklaring de rechter geen rekening houdt
Cass. (2e k.) AR P.21.1303.N, 1 maart 2022 (S E J / I R B S, M A, T H)
Cass. (2e k.) AR P.21.1454.N, 8 maart 2022 (F. K. S. D. B.; MEVACO-BOUWBEDRIJF nv)
Opschorting en verbeurdverklaring [Art. 6 Probatiewet]
Cass. AR P.21.1505.N, 8 maart 2022 (F.B.)
[Straftoemeting] De rechter moet kiezen tussen de verschillende soorten sancties
Cass. (2e k.) AR P.22.0274.N, 8 maart 2022 (P. G. W. J. S.)
Cass. (2e k.) AR P.21.1649.N, 15 maart 2022 (M M L / S A, POLITIEZONE MALDEGEM, S I)
Cass. (2e k.) AR P.21.1422.N, 29 maart 2022 (M B; S B; J K)
Cass. (2e k.) AR P.22.0078.N, 29 maart 2022 (B C; H X; E P)
Cass. (2e k.) AR P.21.1380.N, 5 april 2022 (E. A. J. D. V.)
Leeftijd als persoonlijkheidskenmerk bij de straftoemeting
Corr. Antwerpen (afd. Antwerpen) nr. 2022/1439, 11 maart 2022
Jaar
2022
Volume
2022
Nummer
3
Pagina
166
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 01/03/2022
Referentie
“Cass. (2e k.) AR P.21.1303.N, 1 maart 2022 (S E J / I R B S, M A, T H)”, TSTRAFRECHT 2022, nr. 3, 166-168
Samenvatting
Samenvatting 1 Uit artikel 3 EVRM, zoals uitgelegd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, volgt dat indien een persoon het slachtoffer werd van geweld bij zijn arrestatie of tijdens zijn detentie, er een sterk feitelijk vermoeden bestaat dat de autoriteiten daarvoor verantwoordelijk zijn en het de Staat toekomt om daarvoor een overtuigende verklaring te geven; indien zij daarin niet slaagt, staat een verdragsrechtelijke inbreuk van de Staat vast. Art. 3 , Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden Samenvatting 2 Uit artikel 3 EVRM volgt niet dat op alle politieambtenaren die met een klager bij zijn arrestatie of tijdens zijn detentie contact hadden, de verplichting rust een overtuigende verklaring te geven voor de bij een arrestatie of tijdens een detentie opgelopen verwondingen van die klager; een dergelijke omkering van de bewijslast in strafzaken is immers strijdig met het door artikel 6.2 EVRM gewaarborgde vermoeden van onschuld, waarvan ook politieambtenaren genieten; die regel geldt evenzeer indien de strafrechter uitspraak doet over een op een misdrijf gegronde burgerlijke rechtsvordering. Art. 3 , Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden Art. 6 , Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden Samenvatting 3 De aan artikel 3 EVRM door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens ontleende procedurele verplichting voor de Staat om een officieel onderzoek te voeren dat effectief moet zijn, in die zin dat het moet kunnen leiden tot de identificatie en de bestraffing van de verantwoordelijken, is een middelen- en geen resultaatsverplichting; slechts die onderzoekshandelingen moeten worden gesteld die redelijkerwijze tot de identificatie en de bestraffing van de verantwoordelijken kunnen leiden. Art. 3 , Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!