Volume 2011 : 4
Cass., 30/04/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Kwalificatie overeenkomst
De alleenverkoopwet vereist niet dat de concessiehouder alle risico's draagt
Brussel, 15/09/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Mondelinge overeenkomst – Bewijs concessie en exclusiviteit – Kenmerkende verplichtingen/prestaties – Kwalificatie overeenkomst
Over de elementen die wijzen op de afwezigheid van een (exclusieve) concessie
Cass., 20/06/2008 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Redelijke opzeggingstermijn
De doelstelling van de opzeggingstermijn uit artikel 2 alleenverkoopwet. Over “redelijk” en “billijk” valt wel degelijk te twisten
Cass., 14/01/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Beoordeling redelijke opzeggingstermijn – Opzeggingsvergoeding bij ontoereikende opzeggingstermijn
Gent, 04/03/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Redelijke opzeggingstermijn – Billijke vergoeding
Cass., 26/04/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Billijke bijkomende vergoeding – Tijdstip van de begroting – Rouwgeld
Gent, 24/06/2009 — 1. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Uitwerking buiten of uitgebreider dan Belgisch grondgebied – Toepasselijkheid van de wet van 27 juli 1961 – Autolimitatief karakter 2. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Redelijke opzeggingstermijn en billijke vergoeding – Berekening 3. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Billijke bijkomende vergoeding – Andere vergoedingen
Over het doel van de redelijke termijn en het autolimitatief karakter van de alleenverkoopwet
Gent, 14/01/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Bevoegdheid – Internationale rechtsmacht – Artikel 23 EEX-Vo. – Artikel 4 alleenverkoopwet – Forumbeding – Tijdstip beoordeling geldigheid
Gent, 08/10/2008 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Bevoegdheid – Internationale rechtsmacht – Artikel 23 EEX-Vo. – Artikel 4 alleenverkoopwet – Forumbeding – Tijdstip beoordeling geldigheid
Geldigheid van bevoegdheidsclausules
Cass., 14/01/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Arbitrage – Verdrag New York 10 juni 1958
De alleenverkoopwet en arbitrage
Gent, 31/05/2010 — Tussenpersonen (handel) – Franchising – Franchiseovereenkomst – Rechtsmacht – Arbitrage – Gerechtelijke bemiddeling – Wet precontractuele informatie
De wet precontractuele informatie en arbitrage
Actualia - Wetgeving
Actualia - Bewegingen
Cass., 30/04/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Kwalificatie overeenkomst
De alleenverkoopwet vereist niet dat de concessiehouder alle risico's draagt
Brussel, 15/09/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Mondelinge overeenkomst – Bewijs concessie en exclusiviteit – Kenmerkende verplichtingen/prestaties – Kwalificatie overeenkomst
Over de elementen die wijzen op de afwezigheid van een (exclusieve) concessie
Cass., 20/06/2008 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Redelijke opzeggingstermijn
De doelstelling van de opzeggingstermijn uit artikel 2 alleenverkoopwet. Over “redelijk” en “billijk” valt wel degelijk te twisten
Cass., 14/01/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Beoordeling redelijke opzeggingstermijn – Opzeggingsvergoeding bij ontoereikende opzeggingstermijn
Gent, 04/03/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Redelijke opzeggingstermijn – Billijke vergoeding
Cass., 26/04/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Billijke bijkomende vergoeding – Tijdstip van de begroting – Rouwgeld
Gent, 24/06/2009 — 1. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Uitwerking buiten of uitgebreider dan Belgisch grondgebied – Toepasselijkheid van de wet van 27 juli 1961 – Autolimitatief karakter 2. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Redelijke opzeggingstermijn en billijke vergoeding – Berekening 3. Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Billijke bijkomende vergoeding – Andere vergoedingen
Over het doel van de redelijke termijn en het autolimitatief karakter van de alleenverkoopwet
Gent, 14/01/2009 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Bevoegdheid – Internationale rechtsmacht – Artikel 23 EEX-Vo. – Artikel 4 alleenverkoopwet – Forumbeding – Tijdstip beoordeling geldigheid
Gent, 08/10/2008 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Bevoegdheid – Internationale rechtsmacht – Artikel 23 EEX-Vo. – Artikel 4 alleenverkoopwet – Forumbeding – Tijdstip beoordeling geldigheid
Geldigheid van bevoegdheidsclausules
Cass., 14/01/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Arbitrage – Verdrag New York 10 juni 1958
De alleenverkoopwet en arbitrage
Gent, 31/05/2010 — Tussenpersonen (handel) – Franchising – Franchiseovereenkomst – Rechtsmacht – Arbitrage – Gerechtelijke bemiddeling – Wet precontractuele informatie
De wet precontractuele informatie en arbitrage
Actualia - Wetgeving
Actualia - Bewegingen
Year
2011
Volume
2011
Number
4
Page
274
Language
Dutch
Court
Hof van Cassatie - Cour de Cassation, 26/04/2010
Reference
“Cass., 26/04/2010 — Tussenpersonen (handel) – Concessie – Verkoopconcessie – Wet van 27 juli 1961 – Billijke bijkomende vergoeding – Tijdstip van de begroting – Rouwgeld”, RABG 2011, nr. 4, 274-278
Recapitulation
Artikel 3 van de wet van 27 juli 1961 betreffende de eenzijdige beëindiging van de voor onbepaalde tijd verleende concessies van alleenverkoop bepaalt dat ingeval een voor onbepaalde tijd verleende, aan deze wet onderworpen verkoopconcessie, door de concessiegever wordt beëindigd op andere gronden dan de grove tekortkoming van de concessiehouder, of ingeval deze laatste het contract beëindigt wegens grove tekortkoming van de concessiegever, de concessiehouder aanspraak kan maken op een billijke bijkomende vergoeding.
De rechter mag kiezen op welk ogenblik hij zich plaatst om de billijke bijkomende vergoeding te beoordelen: het tijdstip waarop hij uitspraak doet, het moment waarop de eenzijdige beëindiging van de concessie ter kennis wordt gebracht of het tijdstip waarop de opzeggingstermijn verstrijkt.
Dit neemt niet weg dat de rechter, op grond van een feitelijke beoordeling, gegevens in aanmerking kan nemen die dagtekenen van vóór of ná het tijdstip dat hij in aanmerking neemt om de bijkomende vergoeding naar billijkheid vast te stellen.
Geen van die drie tijdstippen moet bij voorrang boven de andere worden toegepast en de rechter kan, naar gelang van de zaak, de in aanmerking te nemen gegevens in overweging nemen, ze samen beschouwen of uitsluiten, op voorwaarde dat hij zijn beslissing wijst naar billijkheid, aangezien hij zich hierdoor ter zake moet laten leiden en dat dat criterium aan de basis van de wet van 27 juli 1961 ligt.
De rechter kan als rouwgeld de kosten in aanmerking nemen die de concessiehouder heeft moeten maken om zijn personeel met vervroegd pensioen te laten gaan en de sluitingspremies uit te betalen, op voorwaarde dat die kosten het gevolg zijn van de beëindiging van de verkoopconcessie.
Dear visitor
This page is reserved for Jurisquare members.
If you already are a member, please click the 'Log in' button below. If you would like to become a member, please click the 'Subscribe' button below. You can have access to the largest legal library in Belgium from € 422,57(VAT excl.) onwards!