- Full text
- Journal
- Number 2
- Article
- Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Belasting over de toegevoegde waarde – Bewijsmiddelen – Wettelijk vermoeden – Wettelijk vermoeden van bealstbare levering – Zwarte leveringen – Strafdossier geopend lastens een derde – Eerlijk proces – Fiscale boeten – Controle door de rechter – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk
Volume 2014 : 2
Analyse d'exemples de cas constitutifs d'un abus fiscal
Cour d'appel de Liège (9e ch.), 12/12/2012 — Principes généraux – Droit judiciaire – Instruction et jugement de la demande – Interprétation et rectification du jugement – Appel du jugement interprétatif – Portée de l'appel
Algemene beginselen – Gerechtelijk recht – Onderzoek en beoordeling van de eis – Interpretatie en rechtzetting van het vonnis – Beroep tegen het interpretatieve vonnis – Draagwijdte van het beroep
Cour d'appel de Mons (18e ch.), 20/03/2013 — Principes généraux – Frais et dépens – Indemnité de procédure – Réduction sur décision spécialement motivée du juge
Algemene beginselen – Kosten van het geding – Rechtplegingsvergoeding – Vermindering bij bijzonder gemotiveerde beslissing van de rechter
Cour d'appel de Mons (18e ch.), 09/10/2013 — Principes généraux – Frais et dépens – Indemnité de procédure – Exigibilité à charge de l'État belge succombant au procès
Algemene beginselen – Kosten van het geding – Rechtplegingsvergoeding – Eisbaarheid lastens de Belgische Staat die de zaak verliest
Cour d'appel de Bruxelles (11e ch.), 21/10/2013 — Principes généraux – Droits de l'homme et libertés fondamentales – Procès équitable – Procédure pénale – Preuve – Régularité des preuves – Preuves recueillies à l'étranger
Gemeen recht – Fiscaal strafrecht – Fiscale valsheid en gebruik van valse stukken – Bedrieglijk onvermogen – Witwas – Strafprocedure – Bewijs – Regelmatigheid van het bewijs – Bewijzen verzameld in het buitenland – Mensenrechten – Eerlijk proces
Cour de cassation, 30/04/2014 — Droit commun – Droit pénal fiscal – Procédure pénale – Preuve – Régularité des preuves – Preuves recueillies à l'étranger – Droit à un procès équitable
Gemeenrecht – Fiscaal strafrecht – Strafrechtspleging – Bewijs – Regelmatigheid van de bewijzen – In het buitenland verzameld bewijsmateriaal – Recht op een eerlijk proces
Note sous Cass., 30 avril 2014, P.13.1869.F
Hof van beroep te Antwerpen, 27/11/2012 — Inkomstenbelastingen – Rechtsvordering – Hoger beroep – Ontvankelijkheid – Inleiding door de administratie
Impôts sur les revenus – Action en justice – Appel – Recevabilité – Introduction par l'administration de la fiscalité et des revenus – Irrecevabilité
Hof van beroep te Gent, 26/02/2013 — Inkomstenbelastingen – Aanslagprocedure – Aangifte – Aangiftetermijn – Termijn verschillend naargelang de wijze van indiening (elektronisch of op papier) – Wettelijkheid
Impôts sur les revenus – Procédure d'imposition – Déclaration – Délai de dépôt – Délai différencié en fonction du mode de souscription manuel ou électronique – Légalité
Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Inkomstenbelastingen – Taxatieprocedure – Subsidiaire aanslag – Redelijke termijn – Personenbelasting – Beroepsinkomsten – Bezoldigingen – Veinzing – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk
Impôts sur les revenus – Procédure d'imposition – Cotisation subsidiaire – Délai raisonnable – Revenu professionnel – Rémunérations – Simulation – Sanctions administratives ayant un caractère répressif – Légalité de la sanction – Proportionnalité avec l'infraction
Hof van beroep te Gent (5de k. B), 17/12/2013 — Inkomstenbelastingen – Vraag om inlichtingen ten aanzien van een belastingplichtige – Vraag om inlichtingen – Onderzoeksbevoegdheden van de administratie ten aanzien van derden – Bankonderzoek – Onderzoekstermijnen – Afwezigheid van bedrieglijk opzet – Verbod de verkregen informatie te gebruiken met het oog op het vestigen van de belasting of het voeren van een onderzoek
Impôts sur les revenus – Pouvoirs d'investigation à l'égard du contribuable – Demande de renseignement – Pouvoirs d'investigation de l'administration à l'égard des tiers – Délais d'investigation – Enquête en banque – Absence d'intention frauduleuse – Interdiction d'utiliser les informations obtenues aux fins d'établir l'impôt ou de procéder à des investigations
Cour d'appel de Bruxelles (17e ch.), 25/02/2014 — Impôts sur les revenus – Recouvrement – Procédure des poursuites – Saisie – Directive 2010/24/UE – Saisie-arrêt conservatoire – Célérité
Inkomstenbelastingen – Invordering – Beslag – Richtlijn 2010/24/EU – Bewarend derdenbeslag – Spoedeisendheid
Tribunal de première instance de Namur (6e ch.), 17/10/2013 — Impôts sur les revenus – Action en justice – Action devant le tribunal de première instance – Recevabilité – Incidents de procédure – Absence de recours administratif préalable – Demande reconventionnelle de l'État belge – Dommages et intérêts
Inkomstenbelastingen – Personenbelasting – Rechtsvordering – Ontvankelijkheid – Procedurele incidenten – Tegenvordering van de Staat – Schadevergoeding
Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Belasting over de toegevoegde waarde – Bewijsmiddelen – Wettelijk vermoeden – Wettelijk vermoeden van bealstbare levering – Zwarte leveringen – Strafdossier geopend lastens een derde – Eerlijk proces – Fiscale boeten – Controle door de rechter – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk
Taxe sur la valeur ajoutée – Mesures de contrôle et moyens de preuve – Moyens de preuve – Présomption légale – Présomption légale de livraison imposable – Livraisons en noir – Dossier répressif ouvert à charge d'un tiers – Procès équitable – Sanctions – Amendes fiscales – Contrôle judiciaire – Sanctions administratives ayant un caractère répressif – Légalité de la sanction – Proportionnalité avec l'infraction
Cour d'appel de Mons (6e ch. fisc.), 25/07/2013 — Pouvoirs d'investigation et mesure de contrôle – Visites et recensements – Autorisation du juge de police – Obligation de motivation – Étendue
Douane en accijnzen – Visitatie en peiling – Machtiging van de politierechter – Motiveringsverplichting – Draagwijdte
Analyse d'exemples de cas constitutifs d'un abus fiscal
Cour d'appel de Liège (9e ch.), 12/12/2012 — Principes généraux – Droit judiciaire – Instruction et jugement de la demande – Interprétation et rectification du jugement – Appel du jugement interprétatif – Portée de l'appel
Algemene beginselen – Gerechtelijk recht – Onderzoek en beoordeling van de eis – Interpretatie en rechtzetting van het vonnis – Beroep tegen het interpretatieve vonnis – Draagwijdte van het beroep
Cour d'appel de Mons (18e ch.), 20/03/2013 — Principes généraux – Frais et dépens – Indemnité de procédure – Réduction sur décision spécialement motivée du juge
Algemene beginselen – Kosten van het geding – Rechtplegingsvergoeding – Vermindering bij bijzonder gemotiveerde beslissing van de rechter
Cour d'appel de Mons (18e ch.), 09/10/2013 — Principes généraux – Frais et dépens – Indemnité de procédure – Exigibilité à charge de l'État belge succombant au procès
Algemene beginselen – Kosten van het geding – Rechtplegingsvergoeding – Eisbaarheid lastens de Belgische Staat die de zaak verliest
Cour d'appel de Bruxelles (11e ch.), 21/10/2013 — Principes généraux – Droits de l'homme et libertés fondamentales – Procès équitable – Procédure pénale – Preuve – Régularité des preuves – Preuves recueillies à l'étranger
Gemeen recht – Fiscaal strafrecht – Fiscale valsheid en gebruik van valse stukken – Bedrieglijk onvermogen – Witwas – Strafprocedure – Bewijs – Regelmatigheid van het bewijs – Bewijzen verzameld in het buitenland – Mensenrechten – Eerlijk proces
Cour de cassation, 30/04/2014 — Droit commun – Droit pénal fiscal – Procédure pénale – Preuve – Régularité des preuves – Preuves recueillies à l'étranger – Droit à un procès équitable
Gemeenrecht – Fiscaal strafrecht – Strafrechtspleging – Bewijs – Regelmatigheid van de bewijzen – In het buitenland verzameld bewijsmateriaal – Recht op een eerlijk proces
Note sous Cass., 30 avril 2014, P.13.1869.F
Hof van beroep te Antwerpen, 27/11/2012 — Inkomstenbelastingen – Rechtsvordering – Hoger beroep – Ontvankelijkheid – Inleiding door de administratie
Impôts sur les revenus – Action en justice – Appel – Recevabilité – Introduction par l'administration de la fiscalité et des revenus – Irrecevabilité
Hof van beroep te Gent, 26/02/2013 — Inkomstenbelastingen – Aanslagprocedure – Aangifte – Aangiftetermijn – Termijn verschillend naargelang de wijze van indiening (elektronisch of op papier) – Wettelijkheid
Impôts sur les revenus – Procédure d'imposition – Déclaration – Délai de dépôt – Délai différencié en fonction du mode de souscription manuel ou électronique – Légalité
Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Inkomstenbelastingen – Taxatieprocedure – Subsidiaire aanslag – Redelijke termijn – Personenbelasting – Beroepsinkomsten – Bezoldigingen – Veinzing – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk
Impôts sur les revenus – Procédure d'imposition – Cotisation subsidiaire – Délai raisonnable – Revenu professionnel – Rémunérations – Simulation – Sanctions administratives ayant un caractère répressif – Légalité de la sanction – Proportionnalité avec l'infraction
Hof van beroep te Gent (5de k. B), 17/12/2013 — Inkomstenbelastingen – Vraag om inlichtingen ten aanzien van een belastingplichtige – Vraag om inlichtingen – Onderzoeksbevoegdheden van de administratie ten aanzien van derden – Bankonderzoek – Onderzoekstermijnen – Afwezigheid van bedrieglijk opzet – Verbod de verkregen informatie te gebruiken met het oog op het vestigen van de belasting of het voeren van een onderzoek
Impôts sur les revenus – Pouvoirs d'investigation à l'égard du contribuable – Demande de renseignement – Pouvoirs d'investigation de l'administration à l'égard des tiers – Délais d'investigation – Enquête en banque – Absence d'intention frauduleuse – Interdiction d'utiliser les informations obtenues aux fins d'établir l'impôt ou de procéder à des investigations
Cour d'appel de Bruxelles (17e ch.), 25/02/2014 — Impôts sur les revenus – Recouvrement – Procédure des poursuites – Saisie – Directive 2010/24/UE – Saisie-arrêt conservatoire – Célérité
Inkomstenbelastingen – Invordering – Beslag – Richtlijn 2010/24/EU – Bewarend derdenbeslag – Spoedeisendheid
Tribunal de première instance de Namur (6e ch.), 17/10/2013 — Impôts sur les revenus – Action en justice – Action devant le tribunal de première instance – Recevabilité – Incidents de procédure – Absence de recours administratif préalable – Demande reconventionnelle de l'État belge – Dommages et intérêts
Inkomstenbelastingen – Personenbelasting – Rechtsvordering – Ontvankelijkheid – Procedurele incidenten – Tegenvordering van de Staat – Schadevergoeding
Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Belasting over de toegevoegde waarde – Bewijsmiddelen – Wettelijk vermoeden – Wettelijk vermoeden van bealstbare levering – Zwarte leveringen – Strafdossier geopend lastens een derde – Eerlijk proces – Fiscale boeten – Controle door de rechter – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk
Taxe sur la valeur ajoutée – Mesures de contrôle et moyens de preuve – Moyens de preuve – Présomption légale – Présomption légale de livraison imposable – Livraisons en noir – Dossier répressif ouvert à charge d'un tiers – Procès équitable – Sanctions – Amendes fiscales – Contrôle judiciaire – Sanctions administratives ayant un caractère répressif – Légalité de la sanction – Proportionnalité avec l'infraction
Cour d'appel de Mons (6e ch. fisc.), 25/07/2013 — Pouvoirs d'investigation et mesure de contrôle – Visites et recensements – Autorisation du juge de police – Obligation de motivation – Étendue
Douane en accijnzen – Visitatie en peiling – Machtiging van de politierechter – Motiveringsverplichting – Draagwijdte
Year
2014
Volume
2014
Number
2
Page
169
Language
Dutch
Court
Gent, Hof van Beroep - Cour d'Appel, 03/12/2013
Reference
“Hof van beroep te Gent (5de k.), 03/12/2013 — Belasting over de toegevoegde waarde – Bewijsmiddelen – Wettelijk vermoeden – Wettelijk vermoeden van bealstbare levering – Zwarte leveringen – Strafdossier geopend lastens een derde – Eerlijk proces – Fiscale boeten – Controle door de rechter – Administratieve sancties met strafkarakter – Wettigheid van de sanctie – Evenredigheid met de inbreuk”, RGCF 2014, nr. 2, 169-176
Recapitulation
In het Salduzarrest heeft het Mensenrechtenhof beslist dat de concrete en daadwerkelijke uitoefening van het recht op een eerlijk proces in het algemeen vereist dat de toegang tot een advocaat gewaarborgd wordt vanaf de eerste ondervraging van de verdachte door de politie. In het algemeen zijn de rechten van verdediging onherstelbaar geschonden wanneer incriminerende verklaringen, afgelegd tijdens een politie-ondervraging zonder bijstand van een advocaat, worden gebruikt om een veroordeling te onderbouwen. Ten onrechte houdt de belastingplichtige voor dat de Salduzdoctrine van toepassing zou zijn in fiscale zaken, in casu bij de ondervraging door de BBI. In zoverre het gevoerde fiscaal onderzoek ertoe strekt het bewijs te leveren van de door de belastingplichtige ontdoken BTW, moet worden vastgesteld dat het artikel 6 EVRM niet van toepassing is. Het artikel 6 EVRM is immers niet van toepassing op fiscale geschillen. De ontduiking van de BTW kan weliswaar leiden tot strafrechtelijke sancties in de zin van artikel 6 EVRM. Dit is het geval wanneer een fiscale geldboete wordt opgelegd in toepassing van artikel 70 § 1 BTW-Wetboek. De Salduz-leer is evenwel niet van toepassing op elke sanctie in de zin van artikel 6 EVRM. Het recht op een eerlijk proces en op de bijstand van een advocaat, gewaarborgd door de artikelen 6, § 1 en 6, § 3, c) EVRM houdt in dat aan een persoon, die het voorwerp uitmaakt van een fiscaal onderzoek met betrekking tot feiten die aanleiding kunnen geven tot een straf in de zin van artikel 6 EVRM, bij zijn verhoor toegang wordt verleend tot een advocaat in zoverre hij zich in een kwetsbare positie bevindt. Te dezen moet worden vastgesteld dat uit het proces-verbaal van de BBI niet blijkt dat de belastingplichtige aan een verhoor werd onderworpen. Verder heeft een verhoor louter ter gelegenheid van een fiscaal onderzoek door fiscale ambtenaren, waarbij de onderzoekers geen vrijheidsbenemende maatregelen, noch andere dwangmaatregelen kunnen treffen, in de regel niet tot gevolg dat de betrokkene zich in een kwetsbare positie bevindt. Nu de belastingplichtige niet in verdenking is gesteld en als dusdanig niet werd vervolgd in het kader van het strafonderzoek lastens anderen, diende hem ook niet het recht gewaarborgd te worden op bijstand van een advocaat. Tevergeefs klaagt de belastingplichtige aan dat de Belgische Staat niet alle stukken uit het strafdossier voorlegt en dat zijn rechten van verdediging hierdoor geschonden zijn, aangezien voor de belastingplichtige mogelijk is zelf toelating te vragen tot inzage en afschrift van het strafdossier.
De samenlopende verklaringen van de bestuurder van vennootschap die het bier leverde en haar werknemer, verhoord in het kader van het strafdossier lastens deze bestuurder, tonen aan dat bij de belastingplichtige zwarte leveringen hebben plaatsgevonden. Zo het volgens de belastingplichtige zo was dat deze levering gebeurde voor rekening van verenigingen die bij hem vergaderen, dan behoort het hem zulks te bewijzen. Het loutere feit dat er verenigingen vergaderen of dat ze op gezette tijden een of ander feest of andere activiteit organiseren, is hiertoe onvoldoende. Ten onrechte verwijt de belastingplichtige aan de administratie een nalatigheid omdat zij niet overging tot ondervraging van de bewuste verenigingen. Op de enkele bewering van de belastingplichtige dat geleverd werd aan de verenigingen en niet aan hem was de administratie niet verplicht deze verenigingen en hun verantwoordelijken te ondervragen. In deze omstandigheden heeft de administratie terecht aangenomen dat de voormelde leveringen gebeurden aan de belastingplichtige en dat hij de BTW op de hieruit voortvloeiende meeromzet verschuldigd is (artikel 64, § 1 BTW-Wetboek).
De opgelegde boete van 200 % is een strafsanctie in de zin van het artikel 6 EVRM. Zij strekt ertoe op algemene wijze elke BTW-belastingplichtige ertoe aan te zetten de BTW-wetgeving correct toe te passen om zowel de belastingverhoging te vermijden als om de onjuiste toepassing van de BTW-wetgeving te bestraffen en herhaling van inbreuken te voorkomen.
De rechter aan wie gevraagd wordt een administratieve sanctie te toetsen die een repressief karakter heeft in de zin van artikel 6 EVRM, moet de wettigheid van die sanctie onderzoeken en mag in het bijzonder nagaan of die sanctie verzoenbaar is met de dwingende eisen van internationale verdragen en van het interne recht, met inbegrip van de algemene rechtsbeginselen. Dit toetsingsrecht moet in het bijzonder aan de rechter toelaten na te gaan of de straf niet onevenredig is met de inbreuk, zodat de rechter mag onderzoeken of het bestuur naar redelijkheid kon overgaan tot het opleggen van een administratieve geldboete van zodanige omvang. De rechter mag hierbij in het bijzonder acht slaan op de zwaarte van de inbreuk, de hoogte van reeds opgelegde sancties en de wijze waarop in gelijkaardige zaken werd geoordeeld, maar moet hierbij in acht nemen in welke mate het bestuur zelf gebonden was in verband met de sanctie. Dit toetsingsrecht houdt niet in dat de rechter op grond van een subjectieve appreciatie van wat hij redelijk acht, om loutere redenen van opportuniteit en tegen wettelijke regels in, boeten kan kwijtschelden of verminderen. Het bedrieglijk opzet van de belastingplichtige in kwestie staat vast: hij heeft immers van zijn leverancier bier afgenomen in het zwart en uiteraard het bier dan doorverkocht in zijn café. Dit kan maar gedaan zijn met het oog om inkomsten te verwerven die niet aan belasting worden onderworpen. Nu de administratie aantoont dat de belastingplichtige niet aan zijn proefstuk is, is de opgelegde boete van 200 % gerechtvaardigd. Voor dergelijke overtredingen is de door de administratie opgelegde geldboete van 27.260,00 EUR zeker niet buitensporig, maar integendeel evenredig met de begane inbreuken. Er zijn geen redenen om aan de belastingplichtige nog het voordeel van uitstel te verlenen, zelfs indien dit mogelijk zou zijn. Voor zoveel als nodig merkt het hof op dat het verlenen van uitstel voor een administratieve boete inzake van BTW in de huidige stand van de wetgeving neerkomt op een definitieve kwijtschelding van de boete, nu de wet voor dergelijke boete niet voorziet in een regeling van de voorwaarden waaronder het uitstel kan of moet ingetrokken worden en ook niet voorziet in een instantie die over dergelijke intrekking zou moeten beslissen. Indien het hof zelf in dergelijke regeling zou voorzien, zou het hof wetgevend handelen en het principe van de scheiding der machten miskennen. Er kan dan ook in de huidige stand van de wetgeving geen uitstel voor de boete worden verleend.
Dear visitor
This page is reserved for Jurisquare members.
If you already are a member, please click the 'Log in' button below. If you would like to become a member, please click the 'Subscribe' button below. You can have access to the largest legal library in Belgium from € 422,57(VAT excl.) onwards!