- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 5
- Artikel
- Grondwettelijk Hof nr. 114/2013, 31 juli 2013
Volume 2013 : 5
Natura 2000 in het Waalse Gewest: de stedenbouwkundige, milieurechtelijke en fiscale implicaties
HvJ (5e k.) nr. C-533/11, 17 oktober 2013 (Commissie / België)
Grondwettelijk Hof nr. 94/2013, 9 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 114/2013, 31 juli 2013
RvS (7e k.) nr. 219.147, 3 mei 2012
De aanvechtbaarheid van een planologisch attest
RvS (7e k.) nr. 220.157, 3 juli 2012
RvS (7e k.) nr. 221.639, 6 december 2012
RvS (7e k.) nr. 223.044, 28 maart 2013
RvS (7e k.) nr. 223.208, 18 april 2013
Antwerpen 11 december 2012
Gent 26 april 2013
Gent 3 mei 2013
[Achtergelaten Krypton-85 meettoestel is een afvalstof. Toerekening misdrijf 'achterlaten van afvalstoffen' aan moedervennootschap
Cour eur. D.H. (Grande chambre) n° 57412/08, 4 octobre 2012 (Chabauty / France)
HvJ (2e k.) nr. C-515/11, 18 juli 2013 (Deutsche Umwelthilfe / Bundesrepublik Deutschland)
Grondwettelijk Hof nr. 98/2013, 9 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 108/2013, 18 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 117/2013, 7 augustus 2013
RvS (7e k.) nr. 219.632, 7 juni 2012
RvS (7e k.) nr. 221.377, 13 november 2012
RvS (10e k.) nr. 221.662, 7 december 2012
RvS (10e k.) nr. 221.777, 17 december 2012
RvS (7e k.) nr. 222.217, 24 januari 2013
RvS (7e k.) nr. 222.762, 7 maart 2013
RvS (10e k.) nr. 222.712, 4 maart 2013
Milieuhandhavingscollege nr. MHHC-13/64-VK, 16 juli 2013
Corr. Gent 21 mei 2013
Natura 2000 in het Waalse Gewest: de stedenbouwkundige, milieurechtelijke en fiscale implicaties
HvJ (5e k.) nr. C-533/11, 17 oktober 2013 (Commissie / België)
Grondwettelijk Hof nr. 94/2013, 9 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 114/2013, 31 juli 2013
RvS (7e k.) nr. 219.147, 3 mei 2012
De aanvechtbaarheid van een planologisch attest
RvS (7e k.) nr. 220.157, 3 juli 2012
RvS (7e k.) nr. 221.639, 6 december 2012
RvS (7e k.) nr. 223.044, 28 maart 2013
RvS (7e k.) nr. 223.208, 18 april 2013
Antwerpen 11 december 2012
Gent 26 april 2013
Gent 3 mei 2013
[Achtergelaten Krypton-85 meettoestel is een afvalstof. Toerekening misdrijf 'achterlaten van afvalstoffen' aan moedervennootschap
Cour eur. D.H. (Grande chambre) n° 57412/08, 4 octobre 2012 (Chabauty / France)
HvJ (2e k.) nr. C-515/11, 18 juli 2013 (Deutsche Umwelthilfe / Bundesrepublik Deutschland)
Grondwettelijk Hof nr. 98/2013, 9 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 108/2013, 18 juli 2013
Grondwettelijk Hof nr. 117/2013, 7 augustus 2013
RvS (7e k.) nr. 219.632, 7 juni 2012
RvS (7e k.) nr. 221.377, 13 november 2012
RvS (10e k.) nr. 221.662, 7 december 2012
RvS (10e k.) nr. 221.777, 17 december 2012
RvS (7e k.) nr. 222.217, 24 januari 2013
RvS (7e k.) nr. 222.762, 7 maart 2013
RvS (10e k.) nr. 222.712, 4 maart 2013
Milieuhandhavingscollege nr. MHHC-13/64-VK, 16 juli 2013
Corr. Gent 21 mei 2013
Jaar
2013
Volume
2013
Nummer
5
Pagina
513
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Grondwettelijk Hof - Cour Constitutionnelle - Arbitragehof - Cour d'Arbitrage, 31/07/2013
Referentie
“Grondwettelijk Hof nr. 114/2013, 31 juli 2013”, TMILRE 2013, nr. 5, 513-517
Samenvatting
Samenvatting 1 Het Hof vernietigt art. 7.4.1/2 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, ingevoegd bij artikel 35 van het decreet van het Vlaamse Gewest van 11 mei 2012 houdende wijziging van diverse bepalingen van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en wijziging van de regelgeving wat de opheffing van het agentschap Ruimtelijke Ordening betreft. Uit de parlementaire voorbereiding blijkt dat de bestreden bepaling werd aangenomen om de rechtsonzekerheid die het gevolg zou zijn van een arrest van de Raad van State weg te nemen en om het tijdverlies en de hoge kosten die het opnieuw goedkeuren van de ruimtelijke uitvoeringsplannen met zich zou meebrengen, te vermijden. Die dwingende motieven van algemeen belang kunnen te dezen niet verantwoorden dat op discriminerende wijze afbreuk wordt gedaan aan de rechten van de betrokken belanghebbenden. Weliswaar kan de decreetgever ruimtelijke uitvoeringsplannen onvatbaar maken voor de onwettigheid waardoor zij zijn aangetast, hetzij door die plannen geldig te verklaren, hetzij door te machtigen die plannen ongewijzigd opnieuw vast te stellen wanneer zij reeds door de Raad van State zijn vernietigd, maar een dergelijke validatie kan, wanneer zij niet louter een vormgebrek betreft, slechts als uiterste redmiddel worden aangewend. In het voorliggende geval wordt niet aangetoond dat het opnieuw goedkeuren, door de bevoegde overheden, van de ruimtelijke uitvoeringsplannen die op onwettige wijze tot stand zijn gekomen, nadat de betrokkenen een effectieve mogelijkheid werd geboden om hun opmerkingen en bezwaren kenbaar te maken over de inhoudsafbakening van een plan-MER voor een ruimtelijk uitvoeringsplan, of het voorzien in een afwijkende procedure, door de decreetgever, waarin dezelfde mogelijkheid voor de betrokken personen wordt gewaarborgd, onmogelijk of uiterst moeilijk zou zijn. Zoals de Raad van State, stelt het Hof vast dat het verschil in behandeling van de categorieën van personen die aan de ene of de andere procedure zijn onderworpen niet redelijk kan worden verantwoord aangezien daardoor op onevenredige wijze afbreuk wordt gedaan aan de mogelijkheid tot inspraak van bepaalde belanghebbenden bij de totstandkoming van de betrokken ruimtelijke uitvoeringsplannen. De bestreden bepaling schendt de art. 10 en 11 Gw.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!