- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 9
- Artikel
- RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012
Volume 2013 : 9
De gedwongen tussenkomst voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Het concept menselijke waardigheid als motor voor de verdere ontwikkeling van recht en rechtspraktijk
HvJ (Grote Kamer) nr. C-399/11, 26 februari 2013 (Melloni / Ministerio Fiscal)
HvJ (Grote Kamer) nr. C-617/10, 26 februari 2013 (Aklagaren / Akerberg Fransson)
RvS (7e k.) nr. 218.877, 12 april 2012
RvS (9e k.) nr. 221.734, 13 december 2012
RvS (9e k.) nr. 221.770, 17 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013
RvS (9e k.) nr. 222.363, 4 februari 2013
RvS (14e k.) nr. 220.489, 29 augustus 2012
RvS (9e k.) nr. 220.878, 4 oktober 2012
RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012
RvS (12e k.) nr. 221.876, 20 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.357, 1 februari 2013
RvS (12e k.) nr. 218.844, 10 april 2012
RvS (10e k.) nr. 220.536, 10 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.609, 17 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.777, 27 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.696, 24 september 2012
RvS (10e k.) nr. 220.545, 10 september 2012
[Adviezen] Afdeling Wetgeving van de Raad van State
De gedwongen tussenkomst voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Het concept menselijke waardigheid als motor voor de verdere ontwikkeling van recht en rechtspraktijk
HvJ (Grote Kamer) nr. C-399/11, 26 februari 2013 (Melloni / Ministerio Fiscal)
HvJ (Grote Kamer) nr. C-617/10, 26 februari 2013 (Aklagaren / Akerberg Fransson)
RvS (7e k.) nr. 218.877, 12 april 2012
RvS (9e k.) nr. 221.734, 13 december 2012
RvS (9e k.) nr. 221.770, 17 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013
RvS (9e k.) nr. 222.363, 4 februari 2013
RvS (14e k.) nr. 220.489, 29 augustus 2012
RvS (9e k.) nr. 220.878, 4 oktober 2012
RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012
RvS (12e k.) nr. 221.876, 20 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.357, 1 februari 2013
RvS (12e k.) nr. 218.844, 10 april 2012
RvS (10e k.) nr. 220.536, 10 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.609, 17 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.777, 27 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.696, 24 september 2012
RvS (10e k.) nr. 220.545, 10 september 2012
[Adviezen] Afdeling Wetgeving van de Raad van State
Jaar
2013
Volume
2013
Nummer
9
Pagina
550
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Raad van State - Conseil d’Etat, 18/12/2012
Referentie
“RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012”, TBP 2013, nr. 9, 550-551
Samenvatting
Samenvatting 1 Het gezag van gewijsde dat aan een vernietigingsarrest verbonden is, wordt bepaald door het dictum van het arrest en de daarmee onlosmakelijk verbonden motieven. Die motieven bepalen de beoordelingsruimte waarover het bestuur nog beschikt na de vernietiging. Het vernietigingsarrest plaatst de partijen immers niet verder terug dan het ogenblik waarop de vastgestelde onwettigheid werd begaan. Verder teruggaan in de procedure of nieuwe elementen bij de zaak betrekken is weliswaar mogelijk, op voorwaarde dat het bestuur daarvoor deugdelijke redenen heeft. De enkele omstandigheid dat de vernietiging steunde op de miskenning van de taalwet bestuurszaken is evenwel geen deugdelijke reden en genereert voor het bestuur ook geen verplichting om de zaak volledig over te doen. Ook in de omstandigheid dat de Raad van State de andere onregelmatigheden die de verzoeker heeft aangevoerd niet onderzocht heeft, kan die verplichting daaruit niet worden afgeleid. Samenvatting 2 Machtsafwending bestaat erin dat de overheid haar bevoegdheid heeft aangewend voor een ander doel dan voor het algemeen belang dat zij behoort te behartigen. Opdat er van machtsafwending sprake kan zijn, moet het nagestreefde doel het enige oogmerk van de bestreden besluiten zijn geweest. Het bestaan van machtsafwending kan worden afgeleid uit voldoende ernstige, welbepaalde en overeenstemmende vermoedens. Het is aan hem die machtsafwending aanvoert om die vermoedens aan te dragen. In casu brengt de verzoeker geen element aan dat erop wijst dat de verwerende partij uitsluitend de belangen van bepaalde ambtenaren wilde dienen. Samenvatting 3 Het recht van verdediging is enkel van toepassing in strafzaken en in tuchtzaken, tenzij eraan op basis van een specifieke rechtsregel een ruimer toepassingsgebied wordt verleend.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!