- Full text
- Tijdschrift
- Nummer 9
- Artikel
- RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013
Volume 2013 : 9
De gedwongen tussenkomst voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Het concept menselijke waardigheid als motor voor de verdere ontwikkeling van recht en rechtspraktijk
HvJ (Grote Kamer) nr. C-399/11, 26 februari 2013 (Melloni / Ministerio Fiscal)
HvJ (Grote Kamer) nr. C-617/10, 26 februari 2013 (Aklagaren / Akerberg Fransson)
RvS (7e k.) nr. 218.877, 12 april 2012
RvS (9e k.) nr. 221.734, 13 december 2012
RvS (9e k.) nr. 221.770, 17 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013
RvS (9e k.) nr. 222.363, 4 februari 2013
RvS (14e k.) nr. 220.489, 29 augustus 2012
RvS (9e k.) nr. 220.878, 4 oktober 2012
RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012
RvS (12e k.) nr. 221.876, 20 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.357, 1 februari 2013
RvS (12e k.) nr. 218.844, 10 april 2012
RvS (10e k.) nr. 220.536, 10 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.609, 17 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.777, 27 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.696, 24 september 2012
RvS (10e k.) nr. 220.545, 10 september 2012
[Adviezen] Afdeling Wetgeving van de Raad van State
De gedwongen tussenkomst voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
Het concept menselijke waardigheid als motor voor de verdere ontwikkeling van recht en rechtspraktijk
HvJ (Grote Kamer) nr. C-399/11, 26 februari 2013 (Melloni / Ministerio Fiscal)
HvJ (Grote Kamer) nr. C-617/10, 26 februari 2013 (Aklagaren / Akerberg Fransson)
RvS (7e k.) nr. 218.877, 12 april 2012
RvS (9e k.) nr. 221.734, 13 december 2012
RvS (9e k.) nr. 221.770, 17 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013
RvS (9e k.) nr. 222.363, 4 februari 2013
RvS (14e k.) nr. 220.489, 29 augustus 2012
RvS (9e k.) nr. 220.878, 4 oktober 2012
RvS (9e k.) nr. 221.783, 18 december 2012
RvS (12e k.) nr. 221.876, 20 december 2012
RvS (alg. verg.) nr. 222.357, 1 februari 2013
RvS (12e k.) nr. 218.844, 10 april 2012
RvS (10e k.) nr. 220.536, 10 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.609, 17 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.777, 27 september 2012
RvS (9e k.) nr. 220.696, 24 september 2012
RvS (10e k.) nr. 220.545, 10 september 2012
[Adviezen] Afdeling Wetgeving van de Raad van State
Jaar
2013
Volume
2013
Nummer
9
Pagina
546
Taal
Nederlands
Rechtscollege
Raad van State - Conseil d’Etat, 18/01/2013
Referentie
“RvS (alg. verg.) nr. 222.142, 18 januari 2013”, TBP 2013, nr. 9, 546-547
Samenvatting
Samenvatting 1 Met de omzendbrief nr. 116 van 7 april 2008 betreffende de adviesprocedure bij de benoeming van gerechtsdeurwaarders, heeft de minister van Justitie de Nationale Kamer van gerechtsdeurwaarders en de Arrondissementskamers van gerechtsdeurwaarders erop gewezen dat er nood is aan een geobjectiveerd systeem om de titels en de verdiensten van de kandidaten te vergelijken en dat hij daarom de procedure voor het indienen van de kandidaturen en voor de adviesverlening wenste te standaardiseren. Hij bevat daarnaast ook een instructie aan het bestuur dat voor de minister een rangschikking van de kandidaten moet opmaken. De minister acht zich niet gebonden door de rangschikking; hij zal een voordracht formuleren met inachtneming van de rangschikking, de adviezen en de gestroomlijnde gegevens die uit het dossier blijken. De omzendbrief, zoals hij uitgevaardigd is, is dus te kwalificeren als een beleidslijn die de minister zal hanteren bij de beoordeling van individuele benoemingsdossiers en bevat geen dwingende bepalingen voor iemand buiten het bestuur. Hij stelt de minister niet vrij van het evalueren van de titels en verdiensten van de kandidaten, bindt hem ook niet aan vooropgestelde normen en hij verhindert de arrondissementskamer ook niet in haar advies de gegevens te betrekken die zij dienstig acht. Uit het bestreden besluit of uit de voorgebrachte dossiers blijkt voorts ook niet dat, in dit concreet geval, de minister de omzendbrief als ware het een reglementair besluit in zijn beoordeling betrokken heeft of aan de kandidaten of de arrondissementskamer opgedrongen heeft. Het blijkt ook niet dat hij in zijn vraag om advies aan de arrondissementskamer gewezen heeft op de verplichting om zich strikt te houden aan de omzendbrief, noch dat de arrondissementskamer zich niet vrijwillig aan de maatstaven vermeld in de omzendbrief gehouden zou hebben. Een en ander doet besluiten dat de omzendbrief niet als een reglement maar als een loutere beleidslijn in de totstandkoming van het bestreden besluit betrokken is. Het bestreden besluit vindt er geen rechtsgrond in.
Geachte bezoeker
Deze pagina is gereserveerd voor de Jurisquare leden.
Bent u reeds lid van Jurisquare, gelieve u aan te melden via de knop 'Inloggen' hieronder. Bent u nog geen lid, klik dan op de knop 'Abonneren'. Vanaf € 422,57 (BTW excl.) per jaar bent u reeds lid van Jurisquare en heeft u toegang tot de grootste digitale bibliotheek van België!